Na twee eerdere periodes in Nederland te hebben gevoetbald keert Kristoffer Peterson in de winter van 2024 opnieuw terug naar de Lage Landen. Na een halsoverkop vertrek uit Israël kiest de Zweedse winger voor zekerheid en voelt zich inmiddels helemaal bevrijd in Zuid-Limburg. Hij heeft het soms nog moeilijk, maar het spelen van golf helpt hem om de stabiliteit te vinden waardoor hij waardevol kan zijn voor alweer zijn tweede Fortuna…
Het is Meivakantie. De Paasdagen liggen achter ons en omdat Fortuna bij Quick Boys afscheid nam van het bekertoernooi hebben de spelers genoten van een vrij weekend. Maar ter voorkoming dat spelers al te zeer gaan freewheelen lassen we een sessie Zaanse Methoden in. Een skybox in het Fortuna Stadion wordt volgehangen met camera’s zodat de verdachte vanuit het Fortuna Online hoofdkantoor optimaal kan worden geobserveerd.
Kristoffer Peterson, onze Zweedse topscorer, heeft een uitnodiging ontvangen en mag zich na de ochtendtraining nietsvermoedend melden in de geprepareerde skybox. Zwijgen is geen optie meer…
Zou Kris Peterson hier al vermoeden dat een uitnodiging onderweg is?
Na een vriendelijke kennismaking schuift Kris aan en maakt zich op voor een serie vragen.
Hoe waren je Paasdagen?
‘Pasen? Bedoel je ‘Easter’? Ja, we zijn naar Zweden gegaan. Even terug naar familie. De kinderen hebben nu Meivakantie en ze zijn langer gebleven. Het is eigenlijk de eerste keer sinds lange tijd dat ik alleen thuis ben. En nu heb ik ook tijd om bij te slapen. Want daar heb ik normaliter geen tijd voor, haha!’
Hoe is het met je handicap? Heb je die weer wat meer naar beneden kunnen bijstellen?
‘Ik sta op het punt om weer te gaan vandaag! Het gaat heel goed en dat is mijn grootste hobby. Het is heel ontspannend voor me. Zo kom ik los van het voetbal en als je twee kinderen hebt heb je weinig momenten voor jezelf. Golf spelen is leuk en heel goed voor mij, want dan kan ik me maximaal ontspannen.’
‘Ik heb nu een handicap van 7.7. Dat heb ik in een half jaar behaald en is betrekkelijk laag. Ik speel twee à drie keer per week golf. Niet altijd op de baan, maar ik werk ook aan mijn swing. Ik beleef zóveel plezier aan golf!’
Ben jij één van die mensen die overal goed in zijn, zolang er maar een bal in het spel is?
‘Haha, daarom zijn mijn vrienden ook altijd zo boos op mij. Want als we samen een sport beoefenen, dan win ik altijd! En dat was al zo toen ik jong was. Ik speelde bij één van de grootste handbalclubs van Zweden. Tot mijn zestiende combineerde ik handbal en voetbal. Ik speelde handbal bij een profclub en voetbal bij mijn amateurclub.’
‘Ik was aanvoerder van mijn team en we speelden in de top van het Zweedse jeugdhandbal. Dus als het op balsporten aankomt, dan ben ik daar bovengemiddeld getalenteerd in.’
Jammer dat je Ivor Pandur niet lang hebt meegemaakt bij Fortuna, want hij was volgens eigen zeggen bij Fortuna onklopbaar in tafeltennis.
‘Ik heb een kleine maand met hem samengespeeld en maar goed ook als ik dit hoor, want tafeltennis ligt me niet. Daar ben ik niet goed in.’
Geef Ivor Pandur een bal en hij is gelukkig
Volgens Pandur willen mensen uit Kroatië te allen tijde winnen en zijn goed in alle balsporten.
‘Daar heeft hij misschien wel gelijk in, want Alen Halilović kan wel goed tafeltennissen en is goed in basketbal. Ik ben in één sport níét goed en dat is tafeltennis, haha!’
Ondanks dat je alleen maar beter wordt door veel te oefenen en te trainen ruim je toch je agenda leeg om geïnterviewd te worden. Is dat onderdeel van je werk of vind je dat écht leuk?
‘Ja hoor. Dat vind is helemaal niet vervelend. Ik praat makkelijk, al zal ik in de kleedkamer niet gauw op de voorgrond treden. Het is altijd leuk om nieuwe mensen te leren kennen en eens een keer over iets anders te spreken dan alleen voetbal. Ik hou ervan om over andere zaken te spreken dan voetbal of hoe de wedstrijd verliep.’
‘Nu ik erover nadenk… Eigenlijk geef ik nooit interviews. Ik heb in Zweden al zes of zeven jaar alle aanvragen voor interviews afgewezen. Er is wel wat veranderd sinds ik papa ben geworden en twee zoontjes heb. Het maakt me helemaal niks meer uit wat mensen van me vinden of hoe ze tegen me aankijken. Toen ik jonger was vond ik dat belangrijker dan nu, nu ik kinderen heb.’
‘Ik concentreer me vooral op mijn gezin en onderneem leuke dingen met ze. Ik voetbal en voor mij hoeft die drukte niet meer. Trouwens, in Zweden schrijven ze alleen maar slechte dingen over me, haha! Als ik scoor hoor je ze niet, maar toen ik voor de rust werd gewisseld tegen Ajax, dan lees je dat meteen in de pers. Maar de zeven doelpunten die ik dit seizoen heb gescoord, daar heb je amper iets over kunnen lezen.’
‘Misschien is dit wel mijn straf omdat ik zoveel jaren al ‘nee’ zeg tegen interviews, haha!’
In Nederland zijn we altijd erg kritisch en zeuren veel. Hoe is de Zweedse volksaard?
‘Kijk naar buiten. Het regent. Maar aan regen is nog nooit iemand overleden. Ik lees eigenlijk niet zo veel Nederlandse media, maar ik snap wat je bedoelt. Het zijn negatieve verhalen die het beste scoren. Helaas. Mensen lezen nu eenmaal liever over zaken die verkeerd lopen dan goed gaan.’
‘Ik denk dat de Nederlandse media een tikkeltje negatiever is dan de Zweedse. Maar daar gaat het ook die kant op. Dat scoort nu eenmaal beter. En ik ben zelf onderdeel van het probleem. Als ik bijvoorbeeld op de YouTube-pagina van ESPN kijk, en een video over iets of iemand komt voorbij dat niet goed gaat, dan ben ik eerder geneigd daarop te klikken. Dan ben ik toch nieuwsgierig. Dus ik moet me niet beter voordoen dan ik ben!’
Trekken de lange winterse nachten een flinke wissel op de gemoedstoestand van de gemiddelde Zweed?
‘Nou ja, ik leef al zo’n 14 jaar niet meer in Zweden! Maar als ik met vrienden spreek dan merk ik dat wel aan ze. De energie die ze nu uitstralen ten opzichte van twee maanden geleden, dat is een wereld van verschil. En dat is begrijpelijk. In de winterperiode wordt het pas tussen 08.30 uur en 09.00 uur licht en om 14.30 uur gaat de zon alweer onder. Als de zon al van achter de wolken tevoorschijn komt gedurende de dag. Het is er heel erg lang donker.’
‘Omdat het letterlijk zo’n donkere periode is zoeken veel Zweden de zon in Zuid-Europa op. En dat waarderen wij zo erg aan Nederland: het daglicht vergeleken met de Zweedse winterdagen. Aan de andere kant: ik houd heel erg van de Zweedse zomers. Het is dan bijna de gehele dag licht.’
Göteborg ligt aan de zee en daardoor is de stad vast een smeltkroes van allerlei culturen. Hoe is het om in zo’n stad op te groeien?
‘Net als Stockholm is Göteborg een heel erg gemixte stad van allerlei culturen. Natuurlijk, je hebt er Zweedse wijken, maar waar ik opgroeide en naar school ging was het ongeveer 50-50. De helft van de klas bestond uit Zweedse kinderen en de andere helft bestond uit kinderen met een niet-Zweedse achtergrond.’
‘Ik vond dat juist erg leuk. Het heeft me veel geleerd over andere culturen en heeft mijn leven verrijkt. Maar het heeft ook nadelen natuurlijk. Als je iemand op straat vraagt hoe de gemiddelde Zweed eruit ziet, dan krijg je als antwoord: ‘Blauwe ogen, blond haar’. Maar als je door het centrum van Göteborg loopt, dan word je verrast!’
In de 17e eeuw wordt het oorspronkelijke Göteborg mede door Nederlanders gebouwd. Dus je was voorbestemd om ooit in Nederland te gaan voetballen.
‘Inderdaad! Daar heb ik al eens over gelezen. Dat verklaart natuurlijk ook de grachten die door het centrum lopen en aan Amsterdam en Utrecht doen denken. Het is een mooie stad. Dus ja, Göteborg is misschien wel een ‘Nederlandse’ stad.’
Terwijl je volop in je ontwikkeling zit om volwassen te worden, verkas je naar een andere grote havenstad: Liverpool. Hoe anders is het leven in Liverpool dan je gewend was?
‘Ik heb op vijftienjarige leeftijd de beslissing moeten nemen al of niet naar Liverpool te gaan. En dat is voor iedereen moeilijk natuurlijk. Als je me vraagt: ‘Stuur je een 15-jarige naar een compleet andere stad?’, dan zeg ik: ‘Hoe kun je dat doen?’
‘Soms maak ik daar grapjes over richting mijn moeder. Hoe kan ze zo’n slechte ouder zijn geweest om mij als 15-jarige van huis te laten vertrekken? Maar ik heb het destijds niet al te zwaar opgenomen. Ik werd omringd door verstandige mensen. Ik heb tegenwoordig nog dezelfde vrienden die ik had op de dag dat ik Zweden verliet. Ze zijn altijd heel eerlijk richting mij geweest. Als zij de kans hadden die ik toen had, dan hadden ze die met beide handen aangegrepen.’
Woonde Kris Peterson is zo’n typische doorzonwoning?
‘Als het niet goed zou gaan omdat ik Zweden te hard miste of het om een andere reden niet goed zou gaan, dan kon ik altijd terugkeren naar huis. Met die insteek ben ik naar Liverpool vertrokken.’
‘Mijn stiefvader hield me dat ook altijd voor. Ga gewoon naar Liverpool FC, doe je best en maak plezier. En lukt dat niet, dan neem je gewoon het vliegtuig terug naar huis. Dat maakte het makkelijker en haalde de druk een beetje weg.’
‘Maar toen ik eenmaal in Liverpool was, draait dat 180 graden om. Want dan zie je om je heen kinderen vechten voor hun plekje in de selectie en word je vanzelf ook zo’n kind. Zelfs toen ik het heel moeilijk had in Liverpool heb ik me steeds voorgehouden niet op te geven en de witte vlag te hijsen. Ik hield me voor pas te vertrekken als Liverpool FC tegen me zou zeggen dat ik kon vertrekken.’
‘Als je er eenmaal zit, dan verandert je mentaliteit. Van plezier hebben en genieten van je tijd bij zo’n grote club naar nooit opgeven. Dat gaat heel snel. Ik ging van een amateurploeg waar je vooral plezier hebt naar Liverpool FC en probeerde te voldoen aan de eisen die zij aan je stellen. Dat is compleet anders dan mijn oorspronkelijke insteek. Maar er is geen andere oplossing. Je moet je gewoon heel snel aanpassen.’
Vanuit het amateurvoetbal bij Sävedalens IF naar de Premier League. Kun je aangeven wat we ons moeten voorstellen bij zo’n overgang? Hoe intensief is spelen bij een jeugdopleiding van een club uit de Premier League?
‘Eigenlijk had ik geluk, want zoals ik al zei, ik speelde handbal én voetbal. Ik was zeven dagen per week met sport bezig! In het weekend handbalde en voetbalde ik. Ik trainde viermaal per week met mijn handbalteam en de rest van de week voetbalde ik. Dus ik was gewend aan de belasting, maar ik had in het begin geen idee wat er nodig is om voetballer te zijn.’
‘Toen mijn moeder me een keer kwam opzoeken moesten we ons op kantoor melden. We kregen de wind van voren! Ik had geen idee hoe ze erachter waren gekomen dat we na een wedstrijd naar McDonald’s waren geweest. Dat kun je je niet voorstellen, maar in de jeugdopleiding zien ze álles. Het lijkt wel of ze je overal in de gaten houden!’
‘Zulke uitspattingen waren verboden. Ik stribbelde nog tegen door te zeggen dat ik juist een wedstrijd had gehad en de dag erna vrijaf had. Maar nee hoor, ik had een grote fout gemaakt. Als je een profvoetballer wilt worden of zijn, dan mag je geen McDonald’s eten.’
‘Maar ik was amper 16. Ik was toen echt geschokt en dat voorval maakte grote indruk op me. Sindsdien geloofde ik alles wat ze me vertelden. Jarenlang. Kijk, ik kan nu het stadion uitlopen en door de McDrive gaan. Ik weet wat goed en niet goed voor me is en ken mijn lichaam van binnen en buiten.’
‘Maar toen was dat anders. Op een gegeven moment werd het echt een probleem. Ik was alleen nog bezig met exact leven volgens hun leef- en gedragsregels. Maar het enige dat ze ermee willen bereiken is een speler van je maken die goed genoeg is om in het eerste elftal te spelen.’
‘Tegenwoordig zou ik er anders mee omgaan. Ik zou ‘ja’ knikken maar toch proberen meer mijn eigen leven te leiden. Ik heb jarenlang geen alcohol gedronken. De eerste keer was op mijn 23e. Ik had me zó ingeprent dat als ik profvoetballer wilde worden daar bijhoorde dat je geen druppel alcohol mag drinken.’
Maar van één pintje drinken ga je geen slechtere voorzet geven.
‘Nee, dat klopt. Niet dat ik nu vaak alcohol drink, maar als ik een glaasje drink, dan schaadt dat mijn carrière niet. We hebben geen alcohol in huis, maar als ik in Zweden ben, kan ik best met vrienden iets gaan drinken. Ook alcohol. Daar word ik geen slechtere voetballer van. Maar toen zag ik dat helemaal anders. Als ik tijdens de zomervakantie in Zweden was, dan leefde ik nog steeds als een profvoetballer.’
‘Je vroeg hoe groot de overgang van Zweden naar Engeland was? Nou, een hele grote dus.’
In Nederland raden we spelers altijd af om jong naar een grote buitenlandse club te gaan. Want als je daadwerkelijk zo goed bent, dan pikken clubs je altijd wel op. En je moet als jeugdspeler juist veel minuten maken. Hoe kijken jullie in Zweden daar tegenaan?
‘Voor mij speelde heel erg mee dat ik helemaal niet bij een profclub voetbalde, maar nog op amateurniveau. Niemand geloofde dat ik überhaupt zou kunnen worden opgemerkt door een club als Liverpool FC. Ik ben een keer naar Liverpool gegaan voor een stage en ineens kozen ze mij uit om definitief de overstap te maken.’
‘Dat jaar werkten 72 spelers een stage af en twee spelers mochten definitief de overstap maken. En ik was één van die twee. En dank denk je al gauw: ‘Wie ben ik om dit aanbod naast me neer te leggen?’
Tekenen bij Liverpool FC was een ‘no brainer’ voor Kris Peterson
‘Daar komt nog bij, en nu ben ik heel eerlijk, dat ik niet zeker weet of ik profvoetballer zou zijn geworden als ik in Zweden was gebleven. In die jaren had ik veel vrienden die evenveel talent hadden, maar het nooit hebben gered. Mijn moeder en vrienden zagen dat misschien wel in en vertelden me dat de overstap naar Liverpool goed voor me zou zijn. Daar kreeg ik de mogelijkheid om profvoetballer te worden en weg te blijven van verleidingen in Zweden.’
‘Daarom was naar Engeland vertrekken een prachtige kans voor me. Maar ik ben het wel met je eens dat het beter is om die stap juist niet te zetten. Nu hebben Zweedse clubs ook goede jeugdopleidingen, maar toen ik die stap zette in 2010 was dat anders. We hebben het over 15 jaar geleden!’
‘Als mijn zoon de keuze zou hebben, dan zou ik heel erg twijfelen. Want de jeugdopleidingen hier in Nederland en ook in Zweden zijn ongelofelijk veel beter geworden en van een veel hoger niveau dan 15 jaar geleden.’
15 jaar… Dat is de helft van je leven!
‘Precies! Als je dat zo zegt klinkt dat heel gek, haha!’
Aan de andere kant: als je je opleiding bij een grote club hebt genoten, dan kom je meestal wel goed terecht.
‘Zo heb ik nooit gedacht. Ik dacht maar één ding: Liverpool FC, hier wil ik zijn. Maar van mijn lichting van de O18, die de finale van de Youth Cup speelde en uit ongelofelijk getalenteerde spelers bestond, zijn nog maar twee spelers over die nog steeds profvoetbal spelen. Lloyd Jones, die momenteel bij Charlton Athletic FC speelt, en ik. En onze selectie bestond uit 23 of 24 spelers.’
Kris Peterson speelt nog een handvol duels voor Tranmere Rovers FC
‘Jordon Ibe was een teamgenoot van me, maar is inmiddels gestopt vanwege mentale problemen. Dat was een ongelofelijk getalenteerde speler. AFC Bournemouth kocht hem van Liverpool FC en betaalde een transfersom van £15M. Ik heb nog contact met hem, maar hij heeft het gewoon niet gered als profvoetballer. Dat heeft niets te maken met zijn voetbalkwaliteiten, maar veel met het mentale aspect.’
‘Jij zegt dat je altijd wel goed terechtkomt als je het bij zo’n club niet redt. Maar ik ben blij dat ik die mentaliteit juist níét had. Gelukkig niet. Maar veel spelers hebben die mindset juist wel.’
‘Als ik niet goed genoeg ben voor Liverpool FC, dan ben ik wel goed genoeg voor pakweg Preston North End FC of Wigan Athletic FC. Elke club in de buurt van Liverpool ontvangt me met open armen. Maar zo makkelijk is het juist niet. En daarom ben ik blij dat ik een soort do-or-die-mentaliteit had en heb. Ik leefde toen al net zo 100% voor het voetbal zoals ik nu nog steeds doe. En ik ben blij dat ik in die jaren zoveel heb opgeofferd voor het voetbal.’
Het is niet eenvoudig om je als tiener te handhaven bij pakweg Preston North End FC
In jouw geval klopt dat: je tekent bij FC Utrecht. Hoe moeilijk is het om je als jongeling direct te manifesteren bij zo’n club?
‘Ik was helemaal niet van plan om uit Liverpool te vertrekken. Net overgestapt naar de selectie van het eerste elftal, de hele voorbereiding meegemaakt en ik had mijn plek in de kleedkamer. Maar de club vertelde me dat ze akkoord waren gegaan met een bod op mij. Ik was nog een jonge speler. Ze kregen wat geld voor me, niet veel, maar gingen akkoord. En dan moet je begrijpen wat er met je gebeurt: het is tijd om te verkassen.’
‘Ik wist niet precies wat te verwachten van FC Utrecht. Maar eerlijk gezegd dacht ik meteen ‘waaw’ toen ik in Utrecht aankwam. Als je uit Zweden komt, dan is de stap naar de Eredivisie een grote stap voorwaarts. De Eredivisie staat goed aangeschreven in Zweden en FC Utrecht is een grote club. Ik was pas 19 en tekenen in Utrecht gaf me een goed gevoel.’
Kris Peterson is meteen onder de indruk van De Galgenwaard
Je komt binnen als ‘een speler van Liverpool FC’, maar na twee weken ben je gewoon één van de selectiespelers in Utrecht en moet je presteren. Is het lastig om als 19-jarige meteen je mannetje te moeten staan?
‘De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik hier nooit veel over heb gesproken. Nu ik erover nadenk… Mijn eerste reactie was: ik kan dit wel aan. Ik startte heel goed in een wedstrijd tegen SC Heerenveen. De pers was lovend en het voelde heel goed. Maar toen waren de wittebroodsweken voorbij en nam de druk toe. En dan heb ik het niet over de druk van buitenaf, maar de druk die ik mezelf opleg. En die druk is problematisch. Als ik onder druk sta, dan straal ik dat ook uit. Zelfs nu heb ik daar nog moeite mee en last van.’
‘Na de wedstrijd tegen SC Heerenveen speelde ik een stuk minder. Niet veel later speelden we voor de beker bij PSV en haalde trainer Rob Alflen me na 39 minuten naar de kant. Dat brak mijn hart. Ik dacht meteen dat ik niet goed genoeg was voor FC Utrecht en vroeg me af hoe het verder zou gaan met me.’
‘Maar na tijdje ging het vanzelf weer beter met me, maar steeds maar die druk die ik mezelf oplegde… En misschien geloof je me wel niet, maar ik balanceer altijd op een dun koord. Mentaal heb ik het soms zwaar en pas als ik met mezelf in het reine kom ben ik vrij in mijn hoofd en durf ik over mezelf te zeggen dat ik een speler ben die heel goed kan voetballen. Maar als ik aan het tobben sla, dan zegt een stemmetje in mijn hoofd dat ik er geen barst van kan.’
‘Dat tekent mij als voetballer enigszins en verklaart ook waarom ik hoge toppen scheer en soms door diepe dalen ga. Want ik heb in het eerste elftal van Liverpool FC gespeeld en ben voor Zweden uitgekomen. En dat is zowat het hoogste dat je als voetballer kunt bereiken. Daar staat tegenover dat ik soms ook hele slechte periodes heb gekend als voetballer.’
‘Als we vijf jaar geleden met elkaar hadden gesproken, dan had ik dit helemaal niet ter sprake gebracht. Want er wordt van je verwacht dat je mentaal ijzersterk bent en ook op andere vlakken zijn de verwachtingen hoog. Maar ik ben inmiddels 30 en als ik een jonge speler kan helpen of hem ertoe kan bewegen om met een psycholoog te spreken over dit onderwerp, dan doe ik dat met alle liefde. Ik ben nu open over de zaken waarover ik pieker en probeer mezelf moed in te spreken.’
Het lukt niet om echt basisspeler te worden in Utrecht en in de winterstop van het seizoen 15/16 verhuis je op huurbasis naar Roda JC. Eindelijk ben je basisspeler! Hoe voelt dat?
‘Dat voelde goed voor mij, maar ik denk dat elke speler dit zo voelt. Kijk, op trainingen moet je er staan en je professioneel en verantwoordelijk gedragen, maar soms moet je de ruimte krijgen om slecht te spelen. Dat overkomt iedereen, ook de topspelers. Die spelen ook soms slecht. En als je dan in de slotfase een doelpunt scoort, heeft dat ermee te maken dat je het vertrouwen van je omgeving voelt. Dat komt je niet aanwaaien, maar daar moet je als speler hard voor werken. Dat vertrouwen moet je verdienen.’
‘Ik denk dat elke speler ervan droomt om een keer slecht te spelen, maar gewoon zijn plek in de basis te behouden. Daarnaar is iedereen op zoek, of je nu voetballer bent of niet. Je kunt niet even het kantoor van de trainer binnenwandelen en je plaats opeisen, daar moet je hard voor werken. Je moet elke dag opnieuw bewijzen dat je bereid bent datgene ervoor te doen dat hij van je vraagt. En dat betaalt zich dan terug in vertrouwen van je trainer.’
Je wordt sterker van een seizoen waarin je moet knokken om in de Eredivisie te blijven. Toch lukt het je niet je het daaropvolgende seizoen in de basis te spelen en je wordt in de winterstop opnieuw verhuurd. Nu is je tijdelijke bestemming Heracles Almelo. Heb je dan eindelijk een club gevonden die bij je past?
‘Op dat moment had Heracles de naam een club te zijn waar getalenteerde spelers de ruimte krijgen hun carrière nieuw leven in te blazen. Dat Samuel Armenteros, een landgenoot, ook voor Heracles speelde en het goed deed, speelde ook mee in mijn beslissing om naar Almelo te verhuizen. Rob Alflen was destijds assistent-trainer bij Heracles en hij was juist degene die me een paar seizoenen eerder naar FC Utrecht had gehaald.’
‘Achteraf is kiezen voor Heracles de beste beslissing uit mijn carrière gebleken. Maar het toont ook dat je soms je trots aan de kant moet zetten, een stapje terug moet doen om er vervolgens twee voorwaarts te zetten.’
Rob Alflen haalt Kris Peterson naar Heracles Almelo
‘In mijn jaren in Almelo heb ik echt mijn liefde voor het voetbal teruggevonden. Maar ik had ook geluk om John Stegeman te ontmoeten, die destijds mijn trainer was. Ik had wat aanpassingsproblemen. Door de overgang van natuurgras naar kunstgras kreeg ik last van mijn knie en hij zei: ‘Kris, je hoeft van mij niet de hele week te trainen. Zorg goed voor jezelf als je een training overslaat, maar zorg dat je er de tweede helft van de week staat. Dan is er geen reden voor mij om je op de bank te zetten.’ Ik was toen nog jong, misschien 21 of 22 jaar, en als iemand dat tegen zo’n jonge speler zegt… Het voelde ook goed dat niemand zeurde over mijn voorkeursbehandeling en iedereen alleen aan het teambelang dacht. Op dat moment had ik zoiets écht nodig en nam me voor alles te geven voor Stegeman omdat hij mijn gevoelens respecteerde en begrip had voor de dingen waarmee ik worstelde.’
‘Ik heb in die periode echt wat neergezet bij Heracles. Iedereen respecteerde mij en ik voelde het vertrouwen dat iedereen in me had. Ik was er elke dag en kwam niet af met slappe excuses. Ik kwam er ook achter dat kwaliteit altijd komt bovendrijven. Maar soms duurt het gewoon wat langer en moet je geduldig zijn.’
Kris Peterson denkt met veel genoegen terug aan zijn periode in Almelo
‘Tijdens mijn laatste seizoen maakte trainer Frank Wormuth mij reserve-aanvoerder en toen Robin Pröpper geblesseerd raakte heb ik veel wedstrijden de aanvoerdersband gedragen. En toen Brahim Darri vertrok kreeg ik onmiddellijk nummer zeven. Ik ben bij Heracles ook international geworden en dat gebeurt eigenlijk nooit. Zeker omdat Zweden geen klein voetballand is en over goede spelers beschikt. Het is erg moeilijk om de selectie te halen. Het is interessant om te zien hoe ogenschijnlijke details ineens heel erg belangrijk kunnen worden.’
De ene winger (Kris Peterson, links) achtervolgt de andere winger (Lisandro Semedo, midden)
‘En toen ik eenmaal international was – een hoogtepunt voor me – zorgde dat meteen ook voor een dieptepunt. Ik kijk er met gemengde gevoelens op terug.’
‘Ik viel 10 minuten voor tijd in voor Oscar Hiljemark en we stonden met 1-0 voor. Ik leed balverlies op het middenveld en Slowakije zette een aanval op. Nota bene een vriend van me, Albert Rusnák, kreeg de bal en ramde die van buiten het strafschopgebied in de kruising. Hij scoorde één van de mooiste doelpunten uit zijn carrière. En ik heb toen alle schuld op me genomen voor het tegendoelpunt.’
‘Als ik zeg ‘schuld’, dan bedoel ik álle schuld. Ik was nog jong en maakte mijn debuut. Ik stapte van het veld af en werd voor de camera’s gesleurd en kreeg een microfoon onder mijn neus geduwd. De media gaf mij ook de schuld van het gelijke spel. Op dat moment heb ik verantwoordelijkheid genomen: ‘Het is mijn fout en ik bied mijn excuses aan.’
‘Toen ik de kleedkamer binnenliep kwam bondscoach Janne Andersson naar me toe en vroeg me waarmee ik bezig was. ‘Kris, wat zeg je allemaal? Je moet je dit niet aantrekken! Oké, je leed balverlies, maar kijk eens de wedstrijd terug. Andere spelers verloren de bal op plekken veel dichterbij ons doel.’ Maar ja, Rusnák schoot de bal wél in de kruising… ‘
‘Het toont mijn zwakte. In plaats van te genieten van mijn debuut legde ik mezelf gigantisch veel druk op, waaronder ik bezweek. Het was mijn eerste en meteen ook laatste interland. Ik denk dat als ik op dat moment minder hard voor mezelf was geweest en mijn teleurstelling minder uitte, dan was ik opnieuw opgeroepen.’
‘Toen ik terugkeerde bij Heracles bleef dat moment door mijn gedachten spelen. Mijn grote voetbaldroom was door Rusnák aan diggelen geschoten. Nota bene tijdens mijn debuut balverlies lijden waaruit een tegengoal valt. Dat had invloed op mijn spel de weken daarna.’
Het is eigenlijk heel vreemd dat dit zo lang invloed op je spel had. Want tijdens je eerste training bij Heracles zagen je medespelers vast al dat je goed kunt voetballen, onderstreept door je selectie voor Zweden.
‘Je hebt 100% gelijk. Daarom heb ik ook moeite te begrijpen waarom ik soms met mezelf in de knoop zit. Die week met het Zweedse nationale elftal trainde ik goed, scoorde veel in allerlei partijvormen en toonde iedereen al mijn kwaliteiten. In de wedstrijd raakte ik één bal niet goed en dat volstond om in de put te raken.’
‘Weet je, het leven leert je veel. En dat is tevens het mooie aan het leven. Ja, ik had dat compleet anders moeten aanpakken, maar die week heeft me ook veel geleerd als mens en als speler.’
Voetballen in Nederland is leuk, maar je keert terug naar Engeland. Maar zo’n fysieke competitie als het Championship past toch niet bij zo’n sierlijke speler?
‘Op de dag dat ik Engeland de rust toekeerde wist ik dat ik er op een dag zou terugkeren. En revanchegevoelens brachten me ook terug. En Swansea City FC praatte erg op me in. ‘Spelers zoals jij lopen er in deze competitie niet veel rond. Als jij je niveau haalt gaat dat iedereen opvallen en kunnen we je na één seizoen voor enkele miljoenen verkopen’, zeiden ze tegen me. En toen dacht ik bij mezelf: ‘Waaw, gaat dat zo hier? Als ze denken geld aan mij te gaan verdienen, dan gaan ze me ook op mijn kwaliteiten uitspelen.’ Maar het liep anders. Vertrouwen vanuit de club voelde ik als druk en heb daar sommige zaken ook gewoon niet goed aangepakt. Dat had ik echt anders moeten doen. Na zo’n goed seizoen bij Heracles ging ik aan hoge verwachtingen ten onder.’
‘Opnieuw een moeilijke periode uit mijn carrière waaruit ik weer lessen heb getrokken. En vanuit Swansea vertrok ik naar Duitsland. We hadden op dat moment al een gezin met twee zoontjes. Ik ben niet alleen naar Swansea gegaan hè. Ik vertrok met mijn vrouw en twee zoontjes. Na zes maanden vertrok ik weer, op huurbasis naar Utrecht. Met mijn gezin in mijn kielzog.’
Tijdens het COVID-19-seizoen 19/20 keert Kris Peterson even terug bij FC Utrecht
‘In die periode stak COVID-19 de kop op, ik verhuisde naar Utrecht, maar ook weer terug naar Swansea toen de Eredivisie werd afgebroken. En toen, uiteindelijk, vertrokken we naar Duitsland. Ik had in die periodes wat aanvaringen met mensen die voortkwamen uit teleurstellingen. Op dat moment greep mijn vrouw in en sprak me indringend toe.’
‘Kris, dit kan zo niet verder. Onze zoon is het afgelopen jaar vijf keer verhuisd en hij is pas één! Dat kán gewoonweg niet. Je moet dringend leren met teleurstellingen om te gaan. Je moet leren te accepteren dat dingen niet altijd lopen zoals jij wilt dat ze lopen. Dat dringende advies heb ik me ter harte genomen en ben drie seizoenen bij Fortuna Düsseldorf gebleven.’
‘Dus ja, ik heb veel geleerd van mijn periode bij Swansea City FC, vooral dankzij mijn vrouw, haha!’
Net als Köln is Düsseldorf een stad waar het aan niks ontbreekt om een stabiele middenmotor te zijn in de 1.Bundesliga. Maar waarom lukt dat maar niet?
‘Dat is een goede vraag. In de zomer dat mijn zaakwaarnemer mij belde en vertelde dat Uwe Rösler, op dat moment de trainer van Fortuna Düsseldorf, interesse in me had speelde de club nog in de 1.Bundesliga. Dat was het eerste seizoen met COVID-19. In Nederland was de competitie al afgebroken, maar in Duitsland werd wel nog gevoetbald. En of Fortuna Düsseldorf zich al of niet zou handhaven, dat maakte niks uit. Uwe Rösler wilde mij er sowieso graag bijhebben. Dus ik hoopte heel erg dat de club in de 1.Bundesliga bleef.’
‘Maar het is ook een club met veel druk vanuit de achterban waarbij de stemming om het minste of geringste kan omslaan. Ook wordt de club omringd door een zweem van negativiteit. Als ik nu naar Instagram ga en reacties lees over de club, dan lees ik veel negatieve berichten. Terwijl ze het juist goed doen en promotiekansen hebben!’
‘Tijdens mijn eerste seizoen had ik dat helemaal niet in de gaten. Vanwege de heersende COVID-19 pandemie waren de stadions leeg en ik speelde een ontzettend goed seizoen. We kwamen net een paar puntjes tekort om naar de 1.Bundesliga te promoveren. We speelden erg goed en misten promotie op een haar na.’
Kris Peterson beleeft mooie jaren in de Esprit Arena
‘Na dat eerste seizoen zat het stadion weer vol en als we niet goed speelden, begonnen fans halverwege de eerste helft al te fluiten, zoals dat in Nederland ook wel gebeurt bij clubs. En toen realiseerde ik me pas waarom het maar niet lukte om de potentie die de club heeft ten volle te benutten. Veel druk, hoge verwachtingen. En Düsseldorf is ook een rijke stad. En ik hoor ook wel eens dat dat één van de redenen is waarom fans van andere clubs de fans van Fortuna Düsseldorf niet mogen.’
‘Ik ben wel eens naar Schalke ’04 gaan kijken. Dat is ook een grote club, die zit ook in zwaar weer, maar de sfeer is daar anders. Fans blijven de hele wedstrijd zingen en vuren de ploeg aan.’
Nu ik erover nadenk… Door jou deze vraag te stellen zorg ik óók voor druk.
‘Haha! Ik ben het met je eens. Maar weet je… Duitsland, dat is een gekkenhuis. Ik wist dat het voetbal groot is in Duitsland, maar ik kwam op plekken waarvan ik nog nooit had gehoord. In stadions waar meer mensen zaten dan dat de stad inwoners had. Kun je je dat voorstellen? Die hele voetbalcultuur daar… Pff, dat is zó groots! Daar spelen zelfs in de 2.Bundesliga clubs met een enorm rijke historie.’
‘Eigenlijk was het heel cool om in de 2.Bundesliga te voetballen. Je proeft overal die voetbalcultuur. En fans geven je het gevoel dat je een echte stervoetballer bent. Vind je dat niet ruig? Niet in het ‘normale’ leven overigens, want ik liep door het centrum van Düsseldorf en daar lag echt niemand van me wakker, haha! Mede omdat het ook een grote stad is natuurlijk.’
Bij Fortuna Düsseldorf geniet Kris Peterson van de tweewekelijkse Bombenstimmung
‘Ik heb drie jaar in het centrum rondgelopen en ben nooit door iemand herkend! Als je door Düsseldorf loopt hoor je de mensen ook allerlei talen spreken. Daar lopen verschillende nationaliteiten door elkaar. En die hebben andere dingen aan hun hoofd dan Kris Peterson.’
‘We hebben daar echt een fijne tijd gehad en woonden er mooi. We woonden op 10 minuten afstand van de luchthaven en dan is Zweden ineens niet meer zo veraf. En dat gold voor vrienden net zo. Die kwamen in Düsseldorf aan en waren zo bij ons thuis.’
Hier woon je in een regio waar drie profclubs op een zakdoek liggen. Heb je daar last van?
‘Ik woon in Maastricht en ook daar merkt niemand me op. Dat vind ik echt super fijn. Eerder in mijn carrière heb ik daar wel mee geworsteld. Als we verloren, dan voelde ik de teleurstelling van de supporters en bleef thuis. Om maar geen supporters onder ogen te komen. In Maastricht is niemand in mij geïnteresseerd. Maar ook Fortuna-supporters zijn erg vergevingsgezind en dat helpt me heel erg om een slechte wedstrijd eerder achter me te laten.’
‘Dat is trouwens één van de redenen om daar te gaan wonen. Daar kom ik tot rust. Ik vind het heerlijk om met mijn kinderen erop uit te trekken, of om jeugdleider te zijn bij het elftal van één van mijn zoontjes. Ik wil betrokken zijn bij hun school en echt niemand behandelt me als een voetballer. Ik ben gewoon Kris Peterson, de vader van twee kinderen. En dat waardeer ik heel erg.’
In Noord- en West-Europa zijn zaken over het algemeen goed geregeld en heerst een klimaat waar kinderen veilig kunnen opgroeien. Dan lijkt kiezen voor Israël een aparte.
‘Ik kan nu een potje gaan liegen, maar kom op. Waarom denk je dat ik naar Israël ging?’
Geld.
‘Het enige juiste antwoord! Ik kreeg een aanbod en had nooit gedacht dat ik dat ooit kon verdienen in een land als Israël. En mijn vrouw stond er ook achter. Iets nieuws ontdekken, je horizon verbreden. Maar als ik erop terugkijk dan kan ik niet begrijpen dat ik ooit op dat aanbod ben ingegaan. We woonden zó dicht bij de Gazastrook!’
‘Ik ben wellicht naïef geweest. Ik zie overal het goede van in. Noem het naïef of misschien is het wel een valkuil van me. Ik ga altijd van het goede uit van mensen. Had ik dat maar niet gedaan. Ik ging juist naar Israël om er een mooie cent ter verdienen en uiteindelijk heeft het me juist veel geld gekost. Maar dat is niet het allerergste, want ik heb mijn kinderen blootgesteld aan 24 uur waarin 4.000 raketten boven ons hoofd vlogen.’
‘Aan de andere kant: ik heb dat als traumatisch ervaren maar iedereen beleeft zoiets op zijn eigen manier. Maar voor ons, een gezinnetje uit Zweden, was dat de meest zwarte dag uit ons leven. En dat zal altijd zo blijven. Maar het geeft ook inzicht in wat andere mensen meemaken. En dat is verschrikkelijk. Voor mijn gevoel kan ik nooit meer naar Israël terugkeren. Het heeft me destijds veel gekost, maar ik handelde uit gevoel en voelde dat dat het beste en enige was dat we konden doen.’
‘Als vader van twee kinderen, als echtgenoot van mijn vrouw en ook als mens vond en vind ik dat ik het recht had om te vertrekken. Maar ik realiseer me ook dat we in de gelukkige omstandigheden verkeerden dat we überhaupt konden vertrekken. Want veel mensen hebben die mogelijkheid niet. Mensen zitten gevangen in Israël en hebben niet de luxe die wij als gezin hadden. Om te vertrekken.’
‘Omdat de FIFA Israël nooit heeft erkend als een land in oorlog moesten alle spelers op enig moment gewoon terugkeren. En iedereen keerde terug. Behalve ik. Maar ik stond en sta achter mijn beslissing om te vertrekken en gelukkig zijn we in Nederland. Ik heb me vaak afgevraagd waarom ik ooit heb kunnen besluiten bij Hapoel Be’er Sheva FC te tekenen.’
Je hoeft je daarover toch niet schuldig te voelen? Je neemt een beslissing met de kennis van dat moment. Achteraf heeft iedereen gelijk.
‘Tot op de dag van vandaag voel ik me daar schuldig over. Waarom zijn we naar daar gegaan? Vanwege mijn voetbalcarrière. Vanwege mijn carrière hebben we dit als gezin moeten doorstaan. We verkeerden weliswaar in de luxepositie om te vertrekken, maar dan nog. Natuurlijk, mijn vrouw stond achter de beslissing om voor Hapoel Be’er Sheva FC te tekenen, maar toch bezorgt me dat een wrang gevoel. Ik heb er vaak met mijn vrouw en met mijn kinderen over gesproken en iedereen heeft er vrede mee. Iedereen snapt hoe het is gelopen.’
‘Nu ga ik je iets vertellen… Ik heb eigenlijk altijd ingeleverd. Toen ik van FC Utrecht naar Roda JC vertrok heb ik ingeleverd. Toen ik van FC Utrecht naar Heracles Almelo ging, heb ik ingeleverd. Toen ik bij Swansea City FC tekende heb ik weliswaar opslag bedongen, maar na zes maanden ben ik verkast en je raadt het al. Inderdaad, toen heb ik weer ingeleverd. Toen in bij Fortuna Düsseldorf tekende heb ik ingeleverd.’
‘Gedurende mijn carrière heb ik me nooit door geld laten leiden en als voetballer verdien je natuurlijk een meer dan bovengemiddeld salaris, dat realiseer ik me terdege. Ik heb nooit gedacht: ‘Ik verdien hier veel en dat geef ik niet op.’
‘Nee, ik heb altijd gekozen voor speeltijd. En dan kies je één keer voor een mooi salaris. Één keer. En dan gaat het fout. Ik koos voor Swansea City FC en had andere opties waar ik meer kon verdienen. Maar ook toen koos ik voor speeltijd. En dan baseer ik één keer mijn keuze op basis van het salaris en dan krijg ik het deksel op mijn neus. Dat is zo cru.’
‘Ik pieker daar soms over. Neem de landkaart er eens bij. Zie je waar Be’er Sheva ligt? Hoe heb ik ooit mijn gezin naar daar kunnen meenemen, ondanks dat iedereen me op het hart drukte dat het veilig was? Er speelden destijds twee andere Zweden bij Hapoel Be’er Sheva FC en die zeiden me ook dat het veilig was en Israël een geweldig land was. Maar ja, er bestaat altijd een risico dat er iets erg gebeurt.’
Als je dan Israël hals over kopt verlaat en in het veilige Nederland terechtkomt waar je in de luwte achter Iñigo Córdoba aan je fitheid kunt werken moet dat rust geven voor jou en je gezin.
‘Het klinkt misschien gek, maar toen ik voor Fortuna Sittard tekende had ik drieënhalve maand niet in teamverband getraind. En dan weet je ook wel dat het tijd vergt om in vorm te geraken. Maar tegelijkertijd ben je professioneel met je vak bezig en dan gaat dat toch knagen. Het duurt te lang, het gaat voor je gevoel niet snel genoeg. Je wilt er meteen staan en een basisplaats veroveren. Maar zo snel gaat dat niet en ik raakte gefrustreerd.’
Het rose staat Kris Peterson prima
Hoe ga je daar dan mee om?
‘Toen ontdekte ik golf. Echt waar. Toen ik naar Fortuna kwam ben ik golf gaan spelen want ik had iets naast het voetbal nodig om mijn gedachten te verzetten en mijn hoofd van tijd tot tijd leeg te maken. Je zit in een vicieuze cirkel. Ik speelde niet omdat ik niet in vorm was. Maar daarvoor had ik juist wedstrijden nodig. Drie of vier. Maar die wedstrijden waren mij niet gegund omdat ik niet in vorm was. Hoe doorbreek je dat? En hoe kom je tot rust? En door golf te spelen kon ik afstand nemen van de situatie en kwam ik mentaal tot rust.’
Kris Peterson speelt uitstekend tegen FC Volendam
‘Door golf te spelen ontwikkelde ik me ook als persoon en kreeg ik gevoelsmatig grip op de situatie. Terwijl de club me juist vertelde dat ik in de luwte aan mijn fitheid mocht werken gedurende de tweede seizoenshelft. Maar desondanks had ik moeite de situatie te accepteren. Want als voetballer wil je maar één ding: voetballen! Maar ik ben rustig en geduldig gebleven en heb conflicten vermeden.’
‘Uiteindelijk ben ik de laatste drie competitiewedstrijden in de basis begonnen en speelde tegen PSV een hele goede wedstrijd. Na het afgelopen seizoen en een goede zomer was ik klaar voor een basisplaats.’
Tegen PSV speelt Kris Peterson de Eindhovense achterhoede op een hoopje
Naar verluidt kon je ook tekenen bij BK Häcken, maar je koos opnieuw voor ‘een’ Fortuna, Fortuna Sittard. Vond je het te vroeg om in Zweden te gaan voetballen?
‘De dag dat ik een contract in Zweden teken is er voor mij geen weg meer terug. Mijn kinderen worden ouder, gaan dan gewoon in Zweden naar school en ontmoeten hun vriendjes en vriendinnetjes weer. Dan kan ik het gewoonweg niet maken om ze weer uit die omgeving te rukken en naar het buitenland te vertrekken. Onmogelijk. Dus als ik voor een Zweedse club teken, dan sluit ik daar mijn carrière af.’
‘En om eerlijk te zijn: ik had ook het gevoel dat ik nog goed genoeg was en ben om me te tonen in een competitie buiten de Zweedse Allsvenskan, de Zweedse Eredivisie. Fortuna bood me de kans om weer in de Eredivisie te gaan voetballen. En ik heb me altijd goed gevoeld in Nederland en in de Eredivisie.’
Altijd dreigend, zelfs tegen zijn oud-werkgever
‘Maar ik zei niet meteen ‘Ja’, want ik had maar één ding in mijn hoofd: terug naar Zweden. Zeker na de gebeurtenissen in Israël. Maar naarmate de tijd verstreek begon ik toch te twijfelen. Mijn vrouw wilde graag terug in Nederland gaan wonen. En toen was mijn keuze snel gemaakt: ik ga in op het aanbod van Fortuna. En achteraf ben ik heel blij dat ik nu voor Fortuna speel.’
Blije gezichten: Makan Aïko kopt een voorzet van Kris Peterson tegen de touwen bij Go Ahead Eagles
‘Want ik laat mezelf weer in een goede competitie als de Eredivisie zien. En dat in een team dat wisselvallig presteert. En dat geldt voor mij ook. Ik verwacht van mezelf inmiddels niet meer dat ik de beste van het veld ben. Ik probeer mijn best te doen voor het team en in teamverband te denken. Ik doe er alles voor basisspeler te blijven en te doen wat Danny Buijs van me vraagt. En daar hoort ook bij dat ik soms veel moet verdedigen.’
Typisch Kris Peterson: bal aan de voet en op volle snelheid de zijlijn af
‘En dat is ook het mooie aan het leven en aan een voetbalcarrière. Ik word eind november 31 jaar maar er zijn nog steeds dingen die ik aan mezelf kan verbeteren. Ik heb een trainer die ongelofelijk veeleisend is. Hij verwacht van mij dat ik kansen creëer maar ik wil dat hij me ook laat staan als verdedigende arbeid wordt gevraagd. En op dat onderdeel ben ik echt verbeterd.’
‘Als je kijkt naar mijn statistieken, en dan heb ik het niet alleen over mijn doelpunten en assists, dan zie je dat ik veel meer meters maak en ook verdedigend mijn steentje bijdraag. Op die vlakken ben ik echt verbeterd.’
Als je terugkijkt op je seizoenen als profvoetballer heb je de meeste goals en assists gegeven bij clubs die niet in de top speelden.
‘Ik vind het fijn dat je dat opmerkt. Tijdens mijn eerste seizoen bij Fortuna Düsseldorf domineerden we vaak duels en speelden in de top van de rangschikking mee. Als je de goals en assists bij elkaar optelt, dan kom je uit op 14 ofzo. Ik speelde toen erg goed en dat in een topteam. Maar het gaat niet om domineren. Het gaat erom dat een trainer vertrouwen in je heeft en dat uitspreekt, want dat betaal ik dan terug. Geef me de ruimte en het vertrouwen en ik laat het zien.’
‘Maar een trainer doet dat niet zomaar. Daar moet je hard voor werken en het uiteindelijk verdienen. Ik droomde vroeger altijd van spelen in een ploeg die dominant voetbal speelt waardoor ik mijn wapens dichtbij het doel van de tegenstander kan gebruiken. In plaats van steeds maar weer een actie te moeten maken en veel meters te overbruggen. Het is heerlijk om hoog op het veld rustig balletjes af te wachten, haha!’
Kris Peterson heeft toegeslagen vanaf de strafschopstip!
‘Maar zo is het niet gelopen. Ik ben juist erg trots op de dingen die ik tot dusver heb bereikt. Natuurlijk wil je altijd méér, maar als je me op 10-jarige leeftijd had gezegd dat ik deze carrière zou hebben, dan had ik daar blind voor getekend. 1.000% zeker. Alles heeft twee kanten, maar ik heb te lang de negatieve dingen benadrukt en dat wil ik niet meer. Ik sta tegenwoordig veel positiever in het leven!’
Hoe knap is dat als je je bedenkt dat je heel erg afhankelijk bent van de spaarzame momenten die je krijgt om je tegenstander uit te spelen?
‘Zeker weten! Maar dat is voetbal. Tijdens sommige wedstrijd moet ik mijn verwachtingen naar beneden bijstellen. In sommige wedstrijden heb je als Fortuna nu eenmaal minder de bal dan de tegenstander. En dan kom ik misschien één- of tweemaal in een één-tegen-één met de rechtsback. Maar als ik tijdens een wedstrijd niet veel heb gecreëerd maar wel verdedigend mijn steentje heb kunnen bijdragen, dan moet ik met een positief gevoel terugkijken op de wedstrijd.’
‘Dit seizoen heb ik momenten laten zien wat ik in mijn mars heb en dat probeer ik dit seizoen nog een aantal wedstrijd te tonen, zodat ik met een goed gevoel de zomer in kan gaan.’
Danny Buijs spreekt ook vaak over spelers die van ver komen, ritme missen omdat ze lang niet hebben gespeeld. Begrijpelijk; die heb je niet zo één, twee, drie fit, maar ze raken toch wel óóit fit?
‘Als speler moet je altijd een manier vinden om te voldoen aan de eisen die een trainer aan je stelt. Danny Buijs vraagt veel van zijn spelers. En dan kan ik de negatieve dingen benadrukken, zoals ‘we trainen te hard’ of ‘hij vraagt te veel van me’, maar je kunt het ook anders bekijken.’
‘Ik houd mezelf fit, ik doe mijn oefeningen voor de training, ik neem thuis mijn rust en probeer zo te kunnen voldoen aan de eisen die hij aan mij stelt. En zo word ik stap voor stap een betere speler. Dus ja, ik heb het gevoel dat ik dit seizoen beter ben geworden. Vooral op verdedigend vlak.’
Bij vlagen is Kris Peterson zijn tegenstander te snel af
‘In dit team mag je niet van me verwachten dat ik 15 doelpunten scoor. Tijdens één van mijn beste wedstrijden heb ik niet één keer tussen de palen geschoten omdat ik zó ver van het doel speelde. Maar ik maakte veel dribbels en gaf veel crossballen en had zo mijn waarde.’
‘Maar ik moet toegeven dat ik in het begin wel moeite had met de intensiteit van de trainingen. Na verloop van tijd wen je daaraan en weet je precies wat hij van je verwacht en merkte ik dat ik fitter werd. Jonge spelers hadden daar soms moeite mee en dan is het de taak van de oudere spelers, waaronder ik, om die jonge gasten ermee te helpen en proberen positief te blijven.’
Danny Buijs eist veel, maar geeft ook veel terug aan zijn spelers
‘Je moet er ook een beetje doorheen kijken. Hij wilt maar één ding. En dat is hetzelfde dat wij als spelers ook willen: drie punten. Dus je moet naar de boodschap kijken. En wil je dat niet of kun je dat niet, dan moet je misschien naar een andere club verkassen. Je kunt de strijd met een trainer aangaan, maar dat ga je niet winnen.’
Begrijp je dat je misschien wel de meest bekritiseerde speler uit de selectie bent?
‘Haha! Ik toch niet? Dat wist ik helemaal niet!’
Je hoort wel eens fans mopperen dat je niemand voorbij komt.
‘Dat meen je niet!? Ga door, ga door! Je maakt me nieuwsgierig.’
Nou, dat dus. Maar ondanks alles ben je clubtopscorer en als je vanaf speeldag één de strafschoppen had genomen, dan had je nog méér doelpunten kunnen scoren.
‘Soms neemt Danny Buijs me in bescherming en dat waardeer ik heel erg. Er zijn inderdaad wedstrijden geweest waarbij supporters negatief tegen me waren en hij vertelde me dat ik het mezelf heel makkelijk had kunnen maken door de bal terug te spelen naar het middenveld.’
‘Maar van mij verwacht hij juist dat ik ga dribbelen en kansen creëer. En ja, dan kun je de bal verliezen. Moet ik het simpel houden door de bal terug te spelen of juist proberen een tegenstander uit te spelen? Want dat is waaraan het team behoefte heeft. En dan kies ik ervoor het team te helpen en ga ik dribbelen.’
‘Teamgenoten zeggen ook tegen me: ‘Kris, ook al lijd je vier keer balverlies, probeer het opnieuw. Nao veure!’ Het kost me veel energie en ik ren me soms rot. Maar mensen begrijpen misschien niet dat ik één van de moeilijkste opdrachten krijg en dat is het creëren van kansen. Danny Buijs zegt me dat wat anderen daarvan vinden me koud moet laten. Maar als ze me uitfluiten, dan snap ik dat wel, hoor. Dat ze teleurgesteld zijn als ik de bal verlies. Maar als supporters naar mijn statistieken kijken dan mogen ze niet teleurgesteld zijn.’
‘Soms geef ik een voorzet die niet tot een doelpunt leidt. En dat is dan pech. Eerder in mijn carrière zou ik het hiermee moeilijk hebben gehad, maar inmiddels weet ik beter. Ik doe wat ik kan, ik verschuil me niet op het veld. Geef mij de bal maar, zodat ik kan proberen een tegenstander uit te spelen om vervolgens een kans te creëren.’
Niet alleen de fans zijn soms teleurgesteld
‘Sommige mensen houden van mijn spel en sommige mensen vinden het maar niks. Moet ik me richten op de mensen die houden van mijn spel of juist richten op de mensen die mijn spel maar niks vinden? Ik weet het antwoord wel.’
‘Ik weet nog dat fans blij waren dat ik werd gewisseld tijdens het bekerduel bij De Treffers. De wedstrijd erna scoorde ik tegen SC Heerenveen en toonde dat kritiek me koud laat. Weet je, ik snap de kritiek heel goed. Ze willen net als de trainer en de spelers maar één ding: winnen. Maar als je je tegen de ploeg keert, is daar niemand bij gebaat.’
Na zijn doelpunt tegen SC Heerenveen toont Kris Peterson dat kritiek van de tribunes hem niets doet
‘Als ik me verschuil op het veld, mijn tegenstander niet opzoek en risicoloze passes geef, dan geef ik iedereen gelijk. Dan mag je fluiten. Maar als ik juist probeer iets te creëren in een team dat het op sommige momenten lastig heeft, dan vind ik zo’n reactie wel raar.’
Je bent juist één van de weinige spelers die iemand kan uitspelen.
‘Dank je dat je het voor me opneemt. Danny Buijs vroeg tijdens een wedstrijdbespreking aan spelers om vooral mij aan te spelen ook al leed ik al drie of vier keer balverlies. ‘Blijf Kris aanspelen’. En hij vroeg mij om het opnieuw te proberen, omdat het team dat nodig heeft. Dus ik voer uit wat de trainer van me vraagt in plaats van te doen wat fans graag zien.’
‘Daarvoor moet je mentaal sterk zijn. Want je moet keer op keer proberen je tegenstander uit te spelen. Als je op ESPN naar de samenvatting van de thuiswedstrijd tegen NEC kijkt, dan zie je dat zowat elke kans van mijn voet kwam, maar toch leek het alsof ik de meeste kritiek kreeg. En dat vonden mijn teamgenoten ook vreemd.’
Tegen NEC blijft Kris Peterson zoeken naar openingen
‘Maar om eerlijk te zijn had ik me slecht gevoeld als ik niet had geprobeerd mijn man te passeren of niet had geprobeerd voorzetten te geven of niet had geprobeerd om steekballen te geven. Maar ik deed dat allemaal. Ik had me slecht gevoeld als ik het voorgaande juist níét had gedaan. En ik begrijp ook wel dat niet alles lukt. Dus soms een beetje meer begrip lijkt me op zijn plaats.’
‘Plus: als mij elke dribbel lukt en al mijn voorzetten doelpunten worden, dan speelde ik hier niet. Maar ik ben juist blij Fortuna-speler te zijn en geef alles wat ik in mij heb.’
Maar dat zien wij als supporters ook. Want na een nederlaag wordt er nooit gefloten en steken we jullie een hart onder de riem.
‘Dat merken we echt wel, hoor! Maar als je het over mij persoonlijk hebt; soms raken fans een beetje gefrustreerd en dat snap ik wel. Want ik zie mezelf als een oldskool winger en die zijn tegenwoordig dungezaaid. Het voetbal is zo veranderd en veel berekender geworden. Maar als een trainer me opstelt en vraagt mijn tegenstander op te zoeken, dan doe ik dat. Terwijl ik ook trainers had die dat helemaal niet verlangden. Nou, toen was het makkelijk, hoor! Maar ik doe wat de trainer van me verlangt.’
‘Maar wees gerust. Ik neem dat niet te persoonlijk op. Ik voer mijn taken uit en als ik dat in de ogen van de trainer niet goed genoeg doe, dan wisselt hij me. De volgende wedstrijd begin ik dan gewoon weer opnieuw. Momenteel ben ik topscorer en heb assists gegeven, dus ik zal toch wel iets goed doen, haha!’
Je bent best groot voor een ‘oldskool winger’. Hoe kan het dat je zo snel bent, want veel van je collega’s zijn juist klein en gedrongen.
‘Ik was als kind al snel en we trainen daar bij Fortuna op. We doen veel sprints tijdens training. Ik denk dat ik samen met Ivo Pinto één van de snelste spelers ben. En hij is toch ook niet klein en gedrongen? Mijn startsnelheid en het snel kunnen wegdraaien komt voort uit het spelen van handbal op jonge leeftijd. Dan moet je sterk in je heupen zijn om snel te kunnen keren in de zaal.’
Lichaam in een hoek van 45°: Kris Peterson draait makkelijk weg van Jeffry Fortes
‘Maar je moet je snelheid ook onderhouden. Je moet juist niet té sterk zijn in je bovenlichaam, want voor het spel dat Fortuna speelt moet je juist grote afstanden kunnen afleggen en explosief zijn. In plaats van je bovenlichaam te trainen moet je juist je onderlichaam trainen. Maar je eetpatroon is ook van belang. Onderschat niet wat er allemaal bij komt kijken om jezelf in vorm te houden.’
Faton Trstena, Emil Hansson, Patrick Amoah, Demba Traoré en Tesfaldet Tekie waren de Zweden die je bij Fortuna voor gingen. Je hebt nog twee doelpunten nodig om de meeste ‘Zweedse’ goals te scoren, maar aan het aantal wedstrijden van Tekie (86) ga je niet geraken. Wat wil je nog bereiken in je (voorlopig) laatste contractjaar?
‘Welke Zweed heeft de meeste goals ooit gescoord voor Fortuna?’
Vraag maar even aan Ben Dols wie Demba Traoré is
Die speelde bij Fortuna toen de club in de Jupiler League uitkwam.
‘Ahh, dat verklaart! Maar de meest productieve Zweed in een Fortuna-shirt ooit worden is vanaf nu één van mijn doelen, haha! Mijn gezin is erg gelukkig in Zuid-Limburg en ik hou van Nederland. Ik ben ook in een fase van mijn carrière aanbeland waarin ik niet te veel vooruit hoef te kijken. Ik leef op dit moment en probeer gewoon elke dag het beste van mezelf te geven en beter te worden.’
‘En wat de toekomst brengt; geen idee. Misschien teken ik wel bij. In voetbal is alles mogelijk. Ik ben heel blij dat mijn gezin zich hier zo op het gemak voelt. Dus ik voel geen enkele druk om te verhuizen. Maar wie weet komt er nog wel een mooie uitdaging op mijn pad.’
‘Ik heb tijdens mijn carrière ook op plekken gewoond waar ik minder op mijn gemak was. Of waar mijn gezin zich minder goed thuis voelde. Maar dat is hier helemaal het geval niet. En dat geeft me rust.’
Emil Hansson ging Kris Peterson vooraf op Fortuna’s linkerflank
‘Ooit keer ik terug naar Zweden, want ik mis mijn land dagelijks, maar ik ga niet terug om maar vooral terug te keren. De competitie daar is van een iets lager niveau, dus er moet zich een mooie club aandienen.’
‘Maar ik ben nu maar met één ding bezig: met Fortuna veilig spelen en de supporters met mooie herinneringen de zomervakantie insturen. En dat geldt ook voor de fans die me ooit hebben bekritiseerd, haha! Wat dat verdienen jullie, aangezien we in thuiswedstrijden iets minder sterk voor de dag zijn gekomen als we wilden.’
Ik ben door mijn vragen heen. Het uur is omgevlogen.
‘Een uur? Nou ja, ik had je al gewaarschuwd dat ik makkelijk praat!’
Peterson zet zijn cap recht, verlaat de praatstoel en gaat er vandoor. Hij praat Danny van der Weerden in enkele woorden bij over zijn eerste sessie Zaanse Methoden en snelt de trap af richting parkeergarage. Buiten regent het niet meer en aangezien zijn gezin in zijn thuisland Meivakantie viert kan hij nog even naar de golfbaan. Slijpen aan zijn handicap. Om met een fris hoofd Willem II te bekampen.