Tijdens elke voorbereiding worden wel plekken aangedaan waar je nooit eerder bent geweest of die de moeite waard zijn om te bezoeken. Voor ons natuurlijk een prima gelegenheid om naast het bezoeken van testmatchen aan een stukje groundhoppen te doen. Verspreid over twee dagen rijden we België in…

 

 


Inleiding

Voorafgaande aan het seizoen 2005/2006 maakte Fortuna haar oefenprogramma bekend. Op de agenda prijkten twee wedstrijden die we alvast aankruisten in onze agenda.

Zouden de mensen in Geel nog immer zot zijn en hoe is het gesteld met de taalstrijd in Voeren? We gaan proberen hierop een antwoord te krijgen.

Taalstrijd in de Voerstreek

Het is dinsdag 19 juli 2005 als omstreeks 16.30 wordt uitlogd op het netwerk van mijn werkplek. Snel naar huis en wat eten, want er staat een tripje naar de provincie Limburg op het programma. Het is niet zomaar een stukje Limburg, maar een heuse enclave, gelegen in de provincie Luik. De gemeente Voeren is volledig omzoomd door Franstalig gebied, met uitzondering van Nederland, waar uiteraard het Nederlands de voertaal is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hier een echte taalstrijd heeft geheerst.

De oorsprong van de taalstrijd gaat eigenlijk al terug tot in de 18e eeuw. In dat tijdvak zijn het de Franse bezetters die proberen het Frans in te voeren als officiële taal. Eeuwen later, net na de Eerste en Tweede Wereldoorlog zet de ‘verfransing’ zich verder door. Op dat moment probeert men zich af te zetten tegen de onderdrukkers door middel van het spreken van een afwijkende taal.

Zonder dat de overheid het echt wil, werkt ze de taalstrijd in de hand. Teneinde te kunnen bepalen of een gebied moet worden aangeduid als Nederlands- of Franstalig organiseert men tellingen onder de bevolking. Van de uitkomst hiervan hangt veel af, zodat de taaltellingen in feite de problemen in de hand werken.

In 1962 is het dan zover, de taalgrens zal voor eens en altijd worden vastgesteld. Dat is in de Voerstreek zeker niet evident. Er wordt weliswaar geen Waals dialect gesproken, maar de Waalse politici willen gewoonweg hun politieke relaties in het Luikse niet opgeven. Het grote touwtrekken begint, te meer omdat ook de Voerense bevolking verdeeld is. Hoe dan ook, Voeren zal voortaan administratief behoren tot Vlaanderen.

In de jaren 80 komt de Voerense vulkaan tot uitbarsting. Op 1 januari 1984 wordt José Happart benoemd als burgemeester en hij stelt zich ten doel om Voeren weer bij de provincie Luik te gaan laten behoren.

In de jaren erna verhardt de taalstrijd zich. Regelmatig worden er door beide kampen manifestaties gehouden die meestal ontaarden in een spiraal van geweld. Eén van de zwaarste incidenten doet zich voor in maart 1980. Op het moment dat een groep manifestanten een vlag wil weghalen van de ‘Action Fouronnaise’, verschijnt de eigenaar van het huis in de vensteropening op de eerste etage met een geweer. Hij lost enkele schoten om de manifestanten af te schrikken. Dit werkt als een rode lap op een stier. Na even dekking te hebben gezocht, bestormen de Vlaamsgezinde manifestanten zijn huis en slaan de zaak kort en klein.

Na de gemeenteraadsverkiezingen van 1994 draaien de rollen zich om. De partij Voerbelangen krijgt weer een meerderheid in de raad en de rust keert terug. Vanaf dat moment is de taalstrijd steeds verder weggeëbd en lang niet meer zo actueel als een aantal jaren voordien. Momenteel is het weer rustig in de Voerstreek, al zullen er onderhuids vast nog gevoelens van onvreden leven…

Dit wetende vertrekken we richting België, onder andere op zoek naar restanten van de boeiende taalstrijd. Zouden er nog huizen staan waarop teksten gekalkt staan zoals ‘Patrimoine Fouronnaise’?

Royal Avenir Fourons Football Club (Stamnummer 2695)

Na een kwartiertje door de gemeente Beek te hebben gestuurd wordt de de A2 richting Maastricht bereikt. Doordat de te volgen route bekend is, kan de aandacht gericht worden op datgene zich in de omgeving afspeelt.

Aangekomen in de Voerstreek vallen alleen wat borden op van de politieke partij Voerbelangen. Veel tijd om rond te rijden heb is er echter niet, want het voetbal primeert nog altijd.

De klok geeft pas 18.20 aan en het complex van S.K. Moelingen laat ik ook nog even voor wat het is. Aangekomen in de dorpskern valt het oog op onderstaand bordje. Tsja, die kans laat ik me niet ontnemen en rijdt een landweggetje op. Er staat niet eens een omheining om het complex, zodat ik ongestoord even kan rondlopen. Er is niemand te zien en het clubhuis van R.A. Fourons F.C. is hermetisch afgesloten. In vergelijking met complexen in Nederland zijn de mensen van deze club maar karig bedeeld. De velden zijn niet van een hoog niveau en het complex straalt niet veel gezelligheid uit. Reclameborden  hangen er ook nauwelijks, zodat het ook niet duidelijk is waaruit deze vereniging haar inkomsten behaalt.

Het valt dus een beetje tegen, al besef ik dat niet elke dag het Stade du Pays de Charleroi je pad kruist. Het contrast tussen de Franstalige en Nederlandstalige ploeg van Voeren is levensgroot…


Clubhuis van R.A. Fourons F.C., gelegen net buiten de dorpskern

Na het maken van de gebruikelijke foto’s, richt ik me op datgene ik ben gekomen: de wedstrijd K.S.K. Tongeren – Fortuna Sittard. Op naar de Berneauweg!

Sportkring Moelingen (Stamnummer 8107)

Ik had al gezien waar het sportplein van S.K. Moelingen is gesitueerd. Als je vanuit Berneau richting ‘s-Gravenvoeren rijdt, kom je er vanzelf langs.

Het huidige complex, het Valentijn Theunissen Stadion, doet pas sinds eind jaren 90 dienst als complex voor de plaatselijke S.K. Het stadion is naar hem vernoemd als dank voor het ter beschikking stellen van de terreinen en het financieren van het stadion.

De parkeerplaats is alvast klaar voor het nieuwe seizoen, getuige de splinternieuwe markering. Na het batalen van entree stappen we het complex op. De kaartjes zijn trouwens van die standaard-tickets die door de U.R.B.S.F.A. / K.B.V.B. zelf worden verspreid.

Zoals reeds gememoreerd, het complex is vrij nieuw. Het veld is prima en de kantinefaciliteiten eveneens. Bart Meulenberg en (vanaf dit seizoen) Youssouf Dabo zijn duidelijk met hun neus in de boter gevallen!


Kleedlokalen, kantine, tribune, kassa en hoofdveld van S.K. Moelingen

In de kantine bestel ik bij een Dominique Monami look-a-like wat te drinken en informeer bij het secretariaat naar de opstelling van beide elftallen.

‘Dan zul je toch bij die mijnheer van de pers moeten zijn…’ Deze mijnheer blijkt een bekende Voerenaar te zijn, namelijk Nico Meens. Nico is actief in vele verenigingen, maar blijkt dus ook gelieerd te zijn aan ‘de pers’. Deze man is de vriendelijkheid zelve en een opstelling regelen is geen probleem.

Op het moment dat je plaatsneemt op de tribune besef je pas hoe mooi de ligging eigenlijk is. Ingesloten door landerijen is het fijn voetballen in de avondzon. Op de achtergrond wordt de rust ietwat verstoord door de aanwezigheid van de Montzenlijn, het goederenspoor tussen Antwerpen en het Roergebied. Deze lijn werd tijdens de Eerste Wereldoorlog aangelegd door de Duitse bezetter en doet nog immer dienst. Boven ons hoofd komt een Boeing 747 vrachtvliegtuig van de Amerikaanse maatschappij Kalitta Air voorbij, dat koers zet naar de luchthaven Bierset, nabij Luik.

De ambiance is typisch Belgisch (en dus gemoedelijk) en van een taalstrijd is geenszins wat te merken. Hoe anders zal het zijn als hier een Franstalige ploeg voorbij komt… S.K. Moelingen is komend seizoen alvast in een Limburgse reeks ingedeeld, dus het zal even duren vooraleer we hiervan getuige kunnen zijn…

‘Geelse zotten’

Voor aanvang van het seizoen 2000/2001 kwam Jo Geerinckx van K.F.C. Verbroedering Geel over naar Fortuna. Toen in dat seizoen voorafgaand aan de wedstrijd Fortuna Sittard – Ajax een 50-tal mensen Vak C kwamen opgelopen was de verbazing groot bij eenieder. ‘Mensen met blauwe shawls’?, zag je mensen denken…

Verbazing sloeg om in gegrinnik, op het moment dat deze mensen begonnen te zingen:

‘Wij zijn Geelse zotten…’
‘De zotten van Geel…’
‘Wij zijn Geel, Geelse zotten…’
‘De zotten van Geel…’

Het waren dus supporters van het Belgische K.F.C. Verbroedering Geel die ons met een bezoekje vereerden. Of ze nu voor Geerinckx of Ajax kwamen is tot op de dag van vandaag niet duidelijk…

In ieder geval is me dat liedje altijd bijgebleven. Wat is de oorsprong hiervan? Ik heb al bij een aantal clubs in België wedstrijden bezocht, maar dit liedje nog nergens gehoord. Typisch Geel?

Na wat speurwerk kan ik hier volmondig ‘ja’ op antwoorden. Om de oorsprong hiervan te achterhalen, dient te worden teruggegaan naar het jaar 600. Van een taalstrijd in de Voerstreek heeft nog niemand gehoord als de Ierse koningsdochter Dimpna haar ouderlijk huis verlaat, op de vlucht voor incestueuze intenties van haar vader. Ze vlucht naar het Belgische Zammel, een gehucht in de omgeving van Geel. Haar vader spoort haar echter op en onthoofdt haar nabij de Geelse Sint Maartenskapel.

Voor velen is dit reden deze plek te gaan opzoeken en een bedevaartsoord ontstaat. De Heilige Dimpna wordt vooral aangeroepen voor krankzinnigheid, want zo kan haar vaders daad wel worden omschreven… We schrijven de 12e eeuw.

Een aantal van deze ‘krankzinnige’ mensen blijft echter achter in de omgeving van Geel en vindt onderdak bij vele Geelse families. Dit is het begin van de Geelse psychiatrische gezinsverpleging.

De gedachte achter deze psychiatrische gezinsverpleging is gelegen in het feit dat chronisch psychiatrische patiënten in pleeggezinnen weer een plekje in de maatschappij vinden. De Geelse gemeenschap kan dan ook als zéér sociaal en tolerant worden omschreven! Het is dan ook niet verwonderlijk dat zich in Geel een Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis bevindt.

Tsja, en met dit in je achterhoofd kun je je voorstellen dat de supporters uit Geel al snel een mikpunt van spot vormen. Zo ook in België. De supporters draaien dit gewoon om en voeren het scheldwoord ‘ Geelse zot’ als geuzennaam.

Koninklijke Football Club Verbroedering Geel (Stamnummer 395)

Vanaf de R14, de Ring om Geel, zie je de verlichtingspylonen al snel staan. Het vinden van stadion De Leunen is dan ook geen enkel probleem. Het vinden van een parkeerplek evenmin, waardoor we al snel voor de ingang van dit knusse stadion staan.

Na het betalen van € 10 entree mogen we naar binnen en zien dat er niks is veranderd in al die jaren. Nog steeds een viertal tribunes, waarvan er twee zijn voorzien van zitplaatsen. Van hekken is geen sprake (met uitzondering van het uitvak), waardoor je prima zicht hebt op het voortreffelijke speelveld!


Hoofdtribune van stadion De Leunen aan de Rauwelkoven 43 te Geel

Aan de overzijde van de hoofdtribune is een vrijwel identieke staantribune opgetrokken. Ook onder deze tribune is een kantine gesitueerd en ook daar hangt die typisch Belgische voetbalsfeer. Daar waar in Nederland elke club stilaan in een betonnen kolos voetbalt, past men in België oude stadions gewoon aan. Hierdoor gaat die echte voetbalsfeer niet verloren en blijft het aantrekkelijk hier een voetbalmatch te bezoeken.

Op zoek naar een scorebord komen we bedrogen uit. In een hoek, half verscholen achter de tribune bevindt zich een reclamebord waarin een klok is verwerkt. Tsja, je kunt niet alles hebben natuurlijk…

Naast dit score- en reclamebord merken we een ander reclamebord op. Het is een bord van Georges Lornoy en zijn zoon. Hij handelt blijkbaar in ‘Kempisch kalfsvlees’, getuige het opschrift. Dat is vast niet zo bekend als ‘Geelse zotten’, want anders hadden de supporters van deze leuke club wel gezongen over ‘Kempisch kalfsvlees…

Omdat de wedstrijd ook nog eens 100 % meevalt, nemen we met een tevreden en voldaan gevoel afscheid van stadion De Leunen.

MH