Acht nederlagen op rij: het lijkt een onwaarschijnlijke prestatie, maar Peter van Vossen is niet de eerste die dit kunstje met zijn spelers geflikt heeft. Hans de Koning en Chris Dekker gingen hem al voor. De wapenfeiten van King Hans en zijn mannen zijn op deze site nauwgezet beschreven in de wedstrijdverslagen uit het seizoen 2003/04. Maar wat gebeurde er eigenlijk in 1992, toen Chris Dekker voor het eerst aan het roer stond als trainer van Fortuna?
Eerst de feiten. Op zondag 23 augustus gaat Fortuna in de tweede competitieronde op bezoek bij Feyenoord. Resultaat: een 1-4 nederlaag. Daarop volgen verliespartijen tegen achtereenvolgens Willem II thuis (0-1), FC Groningen uit (1-2), FC Twente thuis (0-2), Vitesse (0-5) en FC Utrecht (0-4) uit, Dordrecht ’90 thuis (0-2) en tenslotte op 24 oktober tegen Go Ahead Eagles uit (2-4). In acht wedstrijden krijgt Fortuna 24 doelpunten tegen en weet het zelf slechts vier keer te scoren. Na de nederlaag tegen Dordrecht ’90 zakt de ploeg bovendien naar de laatste plaats op de ranglijst.
Dan de bijbehorende krantenkoppen. “Fortuna kopje onder in Kuip.” “Vertwijfeling bij Fortuna.” “Gemiste kansen breken ploeg van Chris Dekker weer op.” “Begrafenisstemming bij Fortuna Sittard na nederlaag tegen FC Twente.” “Zwalkende Sittardenaren kansloos tegen Vitesse: 5-0.” “Berusting bij de veelgeplaagde trainer.” “Drama in Baandert.” “Verbijsterend verlies Fortuna.”
En dat terwijl Fortuna nog voorzichtig optimistisch aan het seizoen begonnen was. Er waaide een frisse wind door de Baandert. Het bestuur had besloten de eigen jeugd ruim baan te geven. Deels uit bittere noodzaak, want de dure aankopen uit voorgaande seizoenen hadden niet gerendeerd en de clubkas danig uitgeput. Maar ook uit overtuiging. De jeugdopleiding van de club stond inmiddels hoog aangeschreven en de club had het volste vertrouwen in de vele talenten die zich de voorgaande jaren aangediend hadden, maar nooit echt een kans kregen. Chris Dekker was daarbij de gedroomde trainer. De oud-speler had als jeugdtrainer aan de basis gestaan van de succesvolle opleiding en bovendien een geslaagd debuut als hoofdtrainer in het betaald voetbal bij Eindhoven achter de rug.
Maar al op de eerste speeldag maakt Fortuna kennis met de harde werkelijkheid. In eigen huis wordt Fortuna de eerste helft volledig overlopen door MVV. “Snelheid en vooral hardheid ontbeerden de jeugdige equipe van Chris Dekker,” noteert Fred Sochacki op 15 augustus in het Limburgs Dagblad. De keuze om debutant Bart Pernot en de niet veel meer ervaren Dominik Vergoossen in het hart van de verdediging te posteren, blijkt niet erg goed uit te pakken. Sterker nog, trainer Dekker ziet zich nog voor de rust genoodzaakt Fortuna’s saaiste voetballer aller tijden in het veld te brengen. Met succes, want Jos Mordang zorgt meteen voor het nodige evenwicht. En dankzij een doelpunt van Huub Driessen houden we zelfs nog een punt over aan de derby.
Maar de toon is gezet. In de weken die volgden zakt Fortuna geleidelijk aan steeds verder weg. De selectie blijkt nogal wat kwaliteiten te ontberen. Te weinig ervaring in de verdediging, te weinig leiderschap in het veld, te weinig mentale hardheid, te weinig scorend vermogen. Teveel jonge spelers, die het niveau eigenlijk niet aankunnen. En teveel mooi weer voetballers. Bijna wekelijks incasseert de ploeg een snelle tegentreffer om vervolgens achter de feiten aan te lopen. De enkele keren dat een behoorlijke eerste helft wordt gespeeld, stort de boel na rust in. En het gaat per verloren wedstrijd van kwaad tot erger.
In de thuiswedstrijd tegen Dordrecht ’90 wordt het dieptepunt bereikt. Fortuna zakt naar de laatste plaats op de ranglijst. Twee dagen later beschrijft verslaggever Harry Muré in het LD de situatie op de club: “Tijdens de lunch zijn vier soorten soep verkrijgbaar, pruttelend op de réchaud, maar de ploeg vertoeft in de puree.” Huub Driessen vat de wedstrijd kort samen: “Voor de rust gaat het redelijk en krijgen we kansen. Dan lopen we tegen een onnodige treffer aan en gaan de koppies omlaag.” Muré, met meer gevoel voor lyriek: “Wat het hoofd vergeet, moeten de benen ontgelden.” En Chris Dekker? Die gaat niet in op de plagerige uitnodiging van zijn winnende collega Han Berger om nog een pilsje te drinken, maar verkiest een uur lang eenzame afzondering. De scherpe pen van Muré zet in woorden om wat zijn even scherpe oog ziet : “Kordaat buigt hij een paperclip om. IJzer breken met de handen.”
Na het echec tegen Dordrecht recht Fortuna de rug. Tegen Go Ahead komt de ploeg sterk voor de dag. Tien minuten voor tijd staan we dankzij een treffer van Anton Janssen verdiend op voorsprong. Maar dan volgt iets wat slechts beschreven kan worden als een spontane Kladderadatsch. Binnen vier minuten kijken we tegen een 1-3 achterstand aan. Uiteindelijk wordt het 2-4. De achtste nederlaag op rij is dus een feit. Maar doelman Ruud Hesp, eerder behoorlijk kritisch op zijn medespelers, ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet: “Als we nou slecht voetbalden, dan was er reden tot paniek, maar dat is niet zo.”
En Hesp krijgt gelijk. Een week later, op 31 oktober, komt er tegen Sparta een einde aan de dramatische reeks. Met dank aan Sparta-keeper Edward Metgod, die een terugspeelbal met zijn handen opraapt. Huub Driessen knalt de vrije trap langs Metgod en over de muur in de kruising. Na rust ontsnapt Fortuna aan een penalty na een tackle van Robert Kicken op Glenn Helder (Driessen: “Het was een geluk dat Frans Houben floot.”) Sparta rijgt daarna de kansen aaneen, maar Ruud Hesp weet ondanks een hectische slotfase zijn doel schoon te houden. “Ban gebroken in Baandert,” kopt het LD.
Dat klopt, hoewel er ook de rest van het seizoen niet echt Schwung in het spel van Fortuna wil komen. De selectie kent ook na de rentree van stopper Randy Samuel en de komst van de Noorse spits Kenneth Nysäther nog steeds de nodige beperkingen. Bovendien blijkt Chris Dekker als hoofdtrainer niet in staat de juiste snaar te raken bij zijn spelers. Fortuna eindigt uiteindelijk op de zestiende plaats en mag in de nacompetitie proberen het vege lijf te redden. Daarin legt Fortuna het af tegen Heerenveen. De historische reeks nederlagen aan het begin van de competitie wordt de ploeg uiteindelijk fataal.
Zo’n grote belangen als in 1992 staan er dit seizoen natuurlijk niet op het spel. Winnen of verliezen, onderin de Jupiler League is het allemaal lood om oud ijzer. Als je tenminste geen waarde hecht aan sportieve eer. Aan Peter van Vossen en zijn spelers de taak om te bewijzen dat die eer voor hen wel degelijk telt.