Na een eerste dag te hebben opgevuld met een bezoek aan de wedstrijd West Ham United – Everton stond de tweede dag op het programma. Mogelijkerwijs zal dit een nóg vermoeiender dag worden, aangezien na de wedstrijd meteen wordt teruggereden naar de ons zo na aan het hart liggende Westelijke Mijnstreek…
05.04: wekker. Maar allez, wat is dat hier? Moet ik nu alweer opstaan? Gelukkig loopt mijn wekker niet af, maar die van mijn zeer nabijgelegen buurman. Voordat je boos mag worden moet je eerst tot tien tellen. Zodoende loopt dit dispuut met een sisser af, aangezien na zeven seconde de wekker uitgaat en ik prompt als een blok in slaap val.
Rond 07.00 uur gaat dan de echte wekker en is het tijd om op te staan. Na een twintigtal minuten loungen schuif ik mijn benen voorzichtig langs het bed. Ik sta recht, schuif de gordijnen open en zie niks. Letterlijk niks, vanwege de dichte mist. Dat is alvast een goed teken, want met dichte mist zullen de German bombers geheid aan de grond worden gehouden. We zijn vooralsnog veilig.
Na een douchebeurt is het tijd voor een full English breakfast. De eetzaal puilt alvast uit, al is er gezorgd voor een prima ontbijt. Alleen Guido mekkert weer over het ontbreken van fried eggs. Nadat we hebben plaatsgenomen strompelen ook de eerste comazuipers binnen. Ook voor hen is de dag voordien lang geweest, maar ze lijken al aardig hun ritme te hebben gevonden. Met het leggen van een stevige bodem kom je de dag wel door en dat zal moeten ook. Er staat een drie uur durende busreis op het programma waarna ongetwijfeld een pubbezoek staat gepland.
Omstreeks 10.30 uur zal Eddy vertrekken, waardoor we nog juist tijd hebben om boodschappen te gaan doen. Wilma gaat naar de plaatselijke buurtsuper; Jeroen vergezelt Guido en mij naar de Spar. Daar zijn de halve liters Foster’s juist wat goedkoper. Voor £ 6,75 komen we in het bezit van vier blikken en de Indiër achter de toonbank glundert onophoudelijk als we zijn zaak verlaten met 24 blikken. Nadat deze in het bagageruim zijn geplaatst en ook Dean eindelijk heeft uitgecheckt start Eddy de bus en rijden we de rondweg rondom London op.
Als we goed en wel op weg zijn begint iedereen zich te beklagen dat we vrijwillig in de bus zijn gestapt. Het ongezonde eten en drinken van de dag voordien begint zijn tol te eisen. Je hoeft geen scheikundige te zijn om te kunnen bedenken dat de combinatie van beide tot niet de meest aantrekkelijke geuren leidt. Ondanks het feit dat de German bombers wegens de mist niet konden opstijgen, worden wel andersoortige bommen gedropt.Op zulke momenten beklaag je je dat er stewards in de bus ontbreken die dit soort ongepast gedrag een halt toeroepen. Misschien goed om bij de volgende busreis de passagiers vooraf een boekje ‘etiquette voor dummies’ te verstrekken, al vrees ik dat dit voor sommigen te laat komt. Die mensen (concreet: hun darmen) zijn al verpest.
Hoe noordelijker we geraken, des te minder mistig het wordt. Goed nieuws, want dan zal de wedstrijd sowieso niet worden afgelast. Iedereen kijkt uit naar de derby, want dat is het natuurlijk. Derby en Nottingham liggen maar een steenworp van elkaar verwijderd en zijn sinds jaar en dag rivalen van elkaar. Daarbij is Nottingham de bovenliggende partij. ‘Forest’ heeft heel wat prijzen in haar kast staan, al is het de laatste jaren veroordeeld tot de betrekkelijke marge van het Britse voetbal.
Na een kleine twee uur over de M1 te hebben gereden slaan we rechtsaf richting Leicester. Daar vervolgen we onze route over de A46. Na enige tijd nemen we de afslag Melton Mowbray en Nottingham en slaan linksaf richting de stad van Robin Hood. De A606 voert ons uiteindelijk naar Nottingham. Aangezien ik vrij vooraan in de bus zit zie ik in de verte al enkele stadionlampen opdoemen. Het zijn echter niet de lampen van één of ander voetbalstadion, maar ik herken de pylonen van Trent Bridge, de thuishaven van Nottingham County Cricket.
Eenmaal aangekomen bij de City Ground, de thuishaven van Nottingham Forest, parkeert Eddy de bus op de parking van het uitvak. Vanavond zal het hier zwart zien van de Derby-supporters. Ondanks dat velen beide teams nog nooit aan het werk hebben gezien, proef ik dat de meesten op de hand van ‘Forest’ zullen zijn vanavond.
Na het maken van een groepsfoto lopen we langs de Brian Clough Stand, alwaar wij vanavond een plaatsje zullen hebben. Uiteindelijk kom je uit aan de oevers van de Trent en passeren de Trent End. Aan de andere zijde van de Trent kun je Meadow Lane al ontwaren, het stadion van Notts County. Aangezien we in de buurt zijn, gaan we ook daar even een kijkje nemen.
We steken de Trent Bridge over en slaan na een paar honderd meter rechtsaf, de Meadow Lane in. Van een afstandje is al te zien dat de poort bij Notts County wagenwijd openstaat: perfect!
Omdat ik met Guido in augustus al binnen was geweest, geven we de voorkeur aan de fanshop, die ook geopend is. De één koopt een paar ansichtkaarten, de ander een shawl en Ivar koopt het uitshirt. Gelukkig laat hij nummer 9 en de naam Hughes op de rug drukken. Hij is het enfant terrible en tevens sterspeler van ‘The Magpies’.
Er is niet veel veranderd bij Notts County
Na enige tijd besluiten we ook nog maar even binnen te kijken. Via de catacomben bereiken we de Family Stand, achter één der doelen. Daar raken we in gesprek met (volgens eigen zeggen) een hooligan van Internazionale. Hij is op zijn minst gezegd niet blij met de aanstelling van Leonardo als trainer. Heeft hij even pech. Dat hij blij is dat de neuro linguïstisch programmeur van de Schinnense Altaarstraat geen kaderfunctie bekleedt bij zijn club…
Omdat we al een tijdje bivakkeren op de Family Stand komt de Security Officer van Notts County, Brian Walton, even met ons kletsen. Schoorvoetend geeft hij toe dat ‘Forest’ eigenlijk een mooiere club is en complimenteert Chris en Marc vanwege het verkrijgen van tickets voor de Midlands derby.
Na wat ditjes en datjes te hebben uitgewisseld begeven we ons naar het stadscentrum. De match zal pas over enkele uren plaatsvinden en dus tijd om Nottingham uit te kammen. Carrington Road brengt ons zowat in het centrum. Daar splits iedereen zich wat op. Samen met Ralf en Guido loop ik richting Nottingham Castle. We steken de Maid Marian Road over en lopen de Castle Road af. Zodoende komen we uit bij Ye Olde Trip to Jerusalem. Hiervan wordt gezegd dat dit de oudste pub van Engeland is.
Naar verluidt de oudste pub in Engeland
In de tijd van Koning Richard I bereidde op deze plek kruisvaarders zich voor op hun reis naar Jerusalem, waardoor meteen de naam van de pub is verklaard. Heden ten dage is ‘The Trip’ een toeristische trekpleister waar je eigenlijk gewoon geweest moet zijn. Die ene keer dat we in Nottingham zijn, moeten we natuurlijk even naar binnen lopen en deze pub van haar binnenkant aanschouwen.
Pracht en praal hoef je er niet te verwachten, maar speciaal is het zeker wel. Via kleine trapjes en gangetjes kun je kleine ‘kamers’ bereiken welke zijn uitgehakt in de steen die onder Nottingham Castle is gelegen. Aan de ‘muren’ hangen relikwieën uit het verleden die bijdragen aan het historische karakter van de pub. Helaas voor Guido bestaat het aanbod aan bier niet uit Foster’s. Het aanbod bestaat onder andere uit mij onbekende bieren, zoals Old Speckled Hen, Abbot Ale en Dreadnought.
Na ons enige tijd te hebben verpoosd in deze aparte pub is het tijd om een hapje te gaan eten. De keuze valt op ‘Friday’s’ en daarmee wordt een aantal onder ons op hun wenken bediend. Nadat iedereen weer voldoende energie heeft getankt is het tijd om koers te zetten richting City Ground. In de stad is de opwinding al voelbaar en dat voorspelt veel goeds.
Als een taxi ons afzet bij de club shop komt vanuit een zijstraat de spelersbus van Derby County aangereden. Tientallen mensen roepen ‘sheepshaggers’ richting bus en maken schapengeluiden (mèhh-mèhh).
Omdat de City Ground vandaag is uitverkocht gaan we al wat vroeger richting tribune dan doorgaans het geval is. En daarin zijn we niet alleen. Minuut per minuut stroomt de mensenmassa toe. In de catacomben van het stadion zien we plots Eberhard ‘Ebby’ Kleinrensing lopen. Deze Duitser is al jarenlang hevig supporter van Nottingham Forest en met dit woelwater willen we wel eens een praatje maken.
The City Ground is nog akelig leeg als we arriveren
Een tweemaal de naam ‘Ebby’ roepen volstaat en een tiental seconden later zijn we verwikkeld in een geamuseerd gesprek. Allereerst complimenteert hij ons met het feit dat we zulke nette supporters zijn die louter en alleen voor het voetbal komen. Nadat we hem ontfrutselen dat hij jaarlijks zo een slordige € 17.000 spendeert om ‘Forest’ te zien spelen vraagt hij waar we vandaan komen. Nadat we aangeven uit Sittard te komen, orakelt hij al snel ‘Sittard, Sittard, ah ja, Fortuna Sittard, gelb und grün. Ja, kenne ich schon. In die achtziger Jahre haben sie noch gegen Everton gespield’.
We kunnen Ebby alleen maar gelijk geven. We hebben vandoen met een echte voetbalfanaat, dat is duidelijk. Als hij ook nog aangeeft Geleen te kennen (daar heeft hij in zijn kinderjaren eens met zijn ouders een overheerlijke wafel gegeten) moeten we toch even glimlachen. Omdat we na de match weer huiswaarts reizen kunnen we niet ‘ein Paar Bierchen’ met hem gaan drinken, hetgeen hij wel jammer vindt. Nadat ik met hem op de foto ben gegaan is het tijd om naar binnen te gaan.
Vanuit ons gezichtsveld zit de Derby-aanhang aan onze linkerzijde. En dat zijn er heel wat! Uiteindelijk nemen maar liefst 4.341 fans plaats in het uitvak. Dat is een seizoensrecord; alleen Leeds United kwam hierbij in de buurt.
4.341 ‘Sheepshaggers’ waren met Derby County meegereisd naar Nottingham
Na een goede warming-up met al redelijk wat ‘verbal abuse’ betreden de spelers het veld. Rondom mij zie ik iedereen genieten. Alle andere aanwezigen gaan compleet uit hun dak! Zelden zo een geweldige ambiance mogen meemaken.
City Ground,
Oh mist rolling in from the Trent,
My desire is always to be here,
Oh City Ground;
For I have travelled,
And much have I seen,
Goodison, Anfield, The places I’ve been,
Maine Road, Old Trafford,
Still echo to the sounds,
Of the boys in the red shirts,
At the City Ground;
City Ground, Oh mist rolling in from the Trent,
My desire is always to be here,
Oh City Ground…
Bovenstaande tekst werd door jong en oud uit volle borst meegezongen hiermee een orkaan van geluid producerend. Ook het Derby-vak laat zich horen al zijn zij natuurlijk zwaar in de minderheid.
Nottingham Forest begint het best aan de wedstrijd. Van een zogenaamde studieronde is geen sprake en na enkele seconde dwingt ‘Forest’ al een eerste corner af. Spelmaker Radi Majweski trapt de bal richting doel en van de rand van het vijfmetergebied kopt Luke Chambers de bal achter Stephen Bywater. 1-0 voor ‘Forest’. Net bijgekomen van de line up ontploft de City Ground! Wat een geluid, wat een beleving, wat een gevoel! De mensen voor mij kunnen het niet geloven dat ze al zo snel op voorsprong zijn gekomen.
Derby komt in het begin nauwelijks onder de druk vandaan
Het is deze fase echt overleven voor Derby, want ze komen nauwelijks aan voetballen toe. Keer op keer schiet linksback Dean Leacock ballen weg, onder luid gejuich van de ‘Forest’ fans. In het uitvak is het momenteel muisstil
Do you ever sing a song,
Do you ever,
Do you ever,
Do you ever sing a song…
Tijdens zowat de eerste maal dat Derby County kan uitbreken is het meteen alle hens aan dek voor de verdediging van Nottingham Forest. Op het middenveld wordt een overtreding begaan door Alberte Bueno, waardoor hij bijna moeiteloos het halve veld kan oversteken. Op het juiste moment stuurt hij Luke Moore diep en hij schiet de bal achter doelman Lee Camp. Nu is het feest aan onze linkerzijde.
Luke Moore’s treffer zorgt voor ongekende vreugde
Telkens een geweldig zicht om al die handjes in de lucht te zien gaan. De minuten die passeren geven de Derby-fans de kans hun gram te halen op de in hun ogen hooghartige buren uit Nottingham. Het spel golft nu echt op en neer en in een moordend tempo krijgen beide teams wat kansen. Vooral Robbie Earnshaw toont zich bedrijvig; hij wil zich koste wat kost bewijzen tegen zijn ex-club. De fans van ‘Forest’ zingen hem enkele keren luidkeels toe.
Robbie Earnshaw is a red, is a red, is a red,
Robbie Earnshaw is a red,
He hates Derby…
De druk van ‘Forest’ blijft aanhouden en iets zegt me dat dit geen wedstrijd blijft goedgaan voor Derby County.
Nottingham Forest mag de zoveelste corner trappen
Na een klein half uur wordt Earnshaw weer eens diep gestuurd en hij ontdoet zich van zijn verdediger. Zijn voorzet passeert keeper Bywater en landt een meter vóór de doellijn op het hoofd van Marcus Tudgay. Zijn kopbal toucheert de lat, valt naar beneden en wordt door het arbitrale trio beoordeeld als een doelpunt. Ik twijfel of de bal daadwerkelijk de lijn passeerde, maar de rest van de City Ground niet: 2-1. Een orkaan van geluid steekt prompt de kop op.
Voor een man één etage hoger het sein om een opblaasbaar schaap voor zijn kruis te houden en de Derby-fans te tonen wat hij voor ogen heeft bij het zien van een schaap. Helaas zijn er ook kleine kinderen getuige van dit tafereel, al neemt hier niemand aanstoot aan.
Het stadion zat met 29.490 toeschouwers bomvol
Derby weet nu even niet waar het het zoeken moet en wordt compleet overlopen. Aan de linkerzijde komt Nathan Tyson keer na keer over zijn tegenstander heen en zorgt voor veel gevaar. Voorlopig blijft het 2-1. Aan de andere kant is vooral ex-speler van Nottingham Forest, Kris Commons, gevaarlijk, maar ook hij wordt van repliek gediend.
You fat bastard,
You fat bastard…
Er volgt een ware stormloop op het doel van Bywater en met 2-1 de rust halen lijkt het devies voor ‘The Rams’.
Radi Majewski trapte een veelvoud aan corners
Vlak voor rust stoomt Tyson nog een keer op aan de linkerkant. Zijn scherpe voorzet belandt weer bij Tudgay en hij zorgt voor de 3-1 in de extra tijd van de eerste helft. Derby County lijkt hiermee nu volledig uit het lood geslagen. Met de kopjes naar beneden zoeken ze dan ook de kleedkamer op.
De eerste helft is in een moordend tempo aan onze ogen voorbij getrokken en we kunnen niet wachten tot het tweede bedrijf begint. Aan onze zijde zal nu de doelman van Nottingham Forest, Lee Camp (ex-Derby County), postvatten en ook hij wordt hartstochtelijk toegezongen.
Lee Camp is a Forest man,
Lee Camp is a Forest man,
Lee Camp is a Forest man,
Lee Camp is a Forest man…
Maar Nigel Clough heeft zijn manschappen duidelijk de oren gewassen, want een aanmerkelijk sterker Derby County komt de kleedkamer uit. Na ongeveer 10 minuten scoort Commons de aansluitingstreffer, nadat Earnshaw Forest enkele minuten eerder op 4-1 heeft gebracht. Na de 4-2 van Commons drukt Derby zowaar een beetje door en krijgt ‘Forest’ het lastig. ‘The Rams’ laten zien wel degelijk te kunnen knokken en komen steeds beter in de wedstrijd. Van twee kanten worden de teams nu aangevuurd door hun aanhang.
De voorsprong werd uitgebouwd naar 4-1
Ondanks dat ‘Forest’ niet wordt weggespeeld krijgt het het wel steeds lastiger. Coach Billy Davies haalt Arsenal-huurling Aaron Ramsey naar de kant en brengt een verdediger in. Later wordt ook linksbuiten Tyson naar de kant gehaald. Des te minder minuten er nog gespeeld worden, hoe spannender het wordt. Uiteindelijk maakt Earnshaw aan alle onzekerheid een einde en scoort in blessuretijd de 5-2. Voor een vijfde maal genieten we van de dolle vreugde op de tribunes van de City Ground.
You never close your eyes anymore,
When I kiss your lips,
And there’s no tenderness,
Like before in your fingertips;
You’re tryin’ hard not to show it, baby,
But baby, baby I know,
You’ve lost that lovin’ feelin’,
Woo-ooh, that lovin’ feelin’,
You’ve lost that lovin’ feelin’,
Now it’s gone, gone, gone….wooo-oo-oo-ooh…
Enige smet op de wedstrijd is dat Earnshaw na het scoren van zijn beide doelpunten afziet van zijn befaamde salto’s, maar dat vergeven we hem wel.
Ongekende vreugde na het eindsignaal
Na afloop laten de spelers zich uitgebreid fêteren en maken een verdiende ereronde door het stadion. Nadat Jeroen een charmante blondine overhaalt tot het maken van een groepsfoto verlaten wij ook het stadion. De Derby-fans zitten dan al gefrustreerd in de bus en maken zich klaar voor de terugreis.
Aan de achterzijde van de Brian Clough Stand is het even zoeken naar onze bus. Nadat ik deze in de verte zie staan steek ik met Yelle en Eppo het parkeerterrein over. Bij aankomst blijkt de bus nog hermetisch gesloten. Helaas, we zullen even moeten wachten. Naast ons staan enkele politiepaarden en wat andere leden van ‘The Old Bill’. Hierdoor voelen de supporters van Nottingham Forest zich dermate veilig om ons voor vanalles en nog wat uit te maken. Ikzelf kan daar nog wel om lachen, maar mijn moeder zeker niet. Gelukkig zit zij gezellig thuis op de bank.
Als de rust is wedergekeerd en de bussen van Derby County vertrekken hebben wij de mogelijkheid om nog even wat te eten. Door het rijtijdenbesluit mag Eddy pas om 23.00 uur de bus starten. De uitbater van de hamburgertent weet niet wat hij meemaakt als na tienen nog een twintigtal hongerige leeuwen voor zijn kraam verschijnen en tenminste één snack bestellen.
Nadat iedereen zich de etenswaar heeft laten smaken is het tijd weer terug in de bus te stappen, maar dat kan niet voordat zowat iedereen van kleding is gewisseld. De terugreis zal lang en mogelijk hevig zijn, dus de juiste kleding is vereist. Even na 23.00 uur start Eddy de motor en rijden we de parking af. Onze trip zit er met uitzondering van de terugreis op.
Na een half uur binnendoor te hebben gereden arriveren we bij de autosnelweg en kunnen we in de slaapstand. Althans, dat denken een paar mensen. Niet dus, want de middenbeuk van de bus let er scherp op dat niemand zijn of haar ogen sluit.
Wilma, gimme a wave,
Wilma, Wilma, gimme a wave…
Hub, gimme a wave,
Hub, Hub, gimme a wave…
Frank, gimme a wave,
Frank, Frank, gimme a wave…
Michel, gimma a wave,
Michel, Michel, gimme a wave…
Maar ook de achterzijde van de bus wordt wakkergehouden.
Sjnoefel, gimme a wave,
Sjnoefel, Sjnoefel, gimme a wave,
De gezangen komen pas teneinde wanneer koorknaap Jeroen zich ervan heeft vergewist dat de persoon in kwestie nog wakker is.
En nadat we iedereen duidelijk hebben gemaakt dat FSC wonderful is, vallen links en rechts toch mensen in slaap. De reis is in niemands koude kleren gaan zitten en heeft veel energie gekost. Ondertussen houdt ‘El Presidente’ alles nauwlettend in de gaten en regeert met strakke hand over zijn onderdanen. Zodoende bewaart iedereen zijn kalmte en kan toch wel wat geslapen worden. Ikzelf heb geen seconde rust tot in Folkestone. Eddy heeft, ondanks de mist, het gas netjes ingetrapt en na ruim vier uur arriveren we bij de Shuttle.
Omdat we juist wat te laat zijn, dienen we een klein uur te wachten. Dat is ruim voldoende om de voorraad bier weer aan te vullen, te toiletteren en wat te eten. Nadat de overtocht vlotjes is verlopen en iedereen is uitgesprongen rijdt Eddy het vasteland op. De terugreis begint nu toch snel te verlopen.
Als we België binnenrijden gaat bij mij even het licht uit en springt weer aan zo een zes kilometer vóór Gent. Ook ik heb mijn nachtrust gehad. Vanuit Gent is het niet zo ver meer tot in Brussel en een half uur later passeren we de grens met Belgisch Limburg. De laatste pintjes worden weggekapt, de laatste chips weggewerkt en voorin trekt iemand nog een blikje Fanta open.
Omstreeks 09.00 uur ’s ochtend arriveren we dan weer bij onze Trendwork Arena en zit de reis erop. Helaas is de trip ten einde, want het had nog wel een dag extra mogen duren. In ieder geval hebben we nu al weer iets om naar uit te kijken.
Via deze weg wil ik, naast de organisatoren, ook Wilma, Dieuwertje, Monique en ‘the lads’ bedanken die deze trip zo onvergetelijk hebben gemaakt. Ondanks dat we soms lang moesten wachten en er behoorlijk wat pintjes en andere drankjes werden gedronken heb ik geen wanklank gehoord. Iedereen bleef kalm en rustig; zoals het moet, zou ik bijna willen zeggen. Ik denk dat we het bestuur van de SV Nao Veure niet in de steek hebben gelaten en zodoende de druk dusdanig hebben opgevoerd dat ze volgend jaar wel weer een nieuwe trip móéten organiseren.
Het was me een waar genoegen!
Michel Hennen